Dutch
Detailed Translations for zieltogend from Dutch to English
zieltogen:
Conjugations for zieltogen:
o.t.t.
- zieltoog
- zieltoogt
- zieltoogt
- zieltogen
- zieltogen
- zieltogen
o.v.t.
- zieltoogde
- zieltoogde
- zieltoogde
- zieltoogden
- zieltoogden
- zieltoogden
v.t.t.
- heb gezieltoogd
- hebt gezieltoogd
- heeft gezieltoogd
- hebben gezieltoogd
- hebben gezieltoogd
- hebben gezieltoogd
v.v.t.
- had gezieltoogd
- had gezieltoogd
- had gezieltoogd
- hadden gezieltoogd
- hadden gezieltoogd
- hadden gezieltoogd
o.t.t.t.
- zal zieltogen
- zult zieltogen
- zal zieltogen
- zullen zieltogen
- zullen zieltogen
- zullen zieltogen
o.v.t.t.
- zou zieltogen
- zou zieltogen
- zou zieltogen
- zouden zieltogen
- zouden zieltogen
- zouden zieltogen
diversen
- zieltoog!
- zieltoogt!
- gezieltoogd
- zieltogend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for zieltogen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
die | creperen; gietvorm; mal; matrijs; modelvorm; vorm | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
die | creperen; verrekken; zieltogen | bezwijken; breken; doodgaan; heengaan; hongeren; hongerlijden; in de oorlog omkomen; inslapen; kapot gaan; kapotgaan; omkomen; ontslapen; overlijden; sneuvelen; stempel zetten; stempelen; sterven; stuk gaan; vallen; verhongeren; verrekken; verscheiden; versterven; wegvallen |
Other | Related Translations | Other Translations |
die | dobbelsteen |