Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. enveloppen:
  2. envelop:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for enveloppen from Dutch to Spanish

enveloppen:

enveloppen [de ~] nomen, plural

  1. de enveloppen (couverts)
    el sobres; el cubiertos

Translation Matrix for enveloppen:

NounRelated TranslationsOther Translations
cubiertos couverts; enveloppen bestek; couvert; eetgerei; tafelgerei
sobres couverts; enveloppen

Related Words for "enveloppen":


envelop:

envelop [de ~] nomen

  1. de envelop
    el cubierto; el sobre
  2. de envelop
    el sobre

Translation Matrix for envelop:

NounRelated TranslationsOther Translations
cubierto envelop briefomslag; couvert; maaltijdgang
sobre envelop boekomslag; briefomslag; couvert; enveloppe; kaft; omslag; wikkel
ModifierRelated TranslationsOther Translations
cubierto afgedekt; bedekt; bekleed; gecovered; gedekt; gesluierd; gestoffeerd; gezekerd; ingedekt; omfloerst; overdekt; overkapt
sobre gepasseerd; over; overheen; voorbij

Related Words for "envelop":


Wiktionary Translations for envelop:


Cross Translation:
FromToVia
envelop sobre envelope — wrapper for mailing