Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. geweer:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for geweer from Dutch to Spanish

geweer:

geweer [de ~] nomen

  1. de geweer (pistool)
    la escopeta; la pistola; el rifle; el fusil; el escudo de armas; el arma; el revólver
  2. de geweer (vuurmond)
    el escudo de armas; la boca de fuego

Translation Matrix for geweer:

NounRelated TranslationsOther Translations
arma geweer; pistool strijdmiddel; wapen
boca de fuego geweer; vuurmond
escopeta geweer; pistool buks; karabijn
escudo de armas geweer; pistool; vuurmond familiewapen
fusil geweer; pistool
pistola geweer; pistool handpistool; revolver
revólver geweer; pistool revolver
rifle geweer; pistool

Related Words for "geweer":

  • geweertje, geweertjes

Related Definitions for "geweer":

  1. wapen met lange loop waar je kogels mee schiet1
    • de soldaat schoot met een geweer op de vijand1

Wiktionary Translations for geweer:


Cross Translation:
FromToVia
geweer escopeta; rifle gun — a less portable, long weapon
geweer fusil; rifle rifle — firearm with a rifled barrel
geweer fusil; escopeta fusil — Arme à feu

Related Translations for geweer