Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. stoerheid:
  2. stoer:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stoerheid from Dutch to Spanish

stoerheid:

stoerheid [de ~ (v)] nomen

  1. de stoerheid (fermheid)
    la fuerza; la resistencia; la valentía; la robustez

Translation Matrix for stoerheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
fuerza fermheid; stoerheid aandrift; aandrijving; capaciteit; daadkracht; dapperheid; doortastendheid; dynamiek; energie; esprit; felheid; fermheid; flinkheid; forsheid; fut; gehardheid; gestaaldheid; geweld; heftigheid; hevigheid; intensiteit; koenheid; kracht; krachtdadigheid; kranigheid; macht; moed; momentum; onversaagdheid; puf; sterkte; stevigheid; stootband; stuwkracht; vermogen; voortstuwing; voortvarendheid; werklust
resistencia fermheid; stoerheid afweer; gehardheid; gestaaldheid; illegaliteit; kranigheid; ondergronds verzet; ondergrondse; onwettigheid; oproer; opstand; opstootje; rebellie; rel; taaiheid; tegenstand; tegenwind; uithoudingsvermogen; verdediging; verzet; verzet in oorlogstijd; verzetsbeweging; volksoproer; vuistgevecht; weerstand
robustez fermheid; stoerheid betrouwbaarheid; dapperheid; degelijkheid; deugdelijkheid; gehardheid; gestaaldheid; koenheid; kranigheid; moed; onversaagdheid; soliditeit; stevigheid
valentía fermheid; stoerheid dapperheid; driestheid; durf; fermheid; gewaagdheid; kloekheid; koenheid; kordaatheid; krachtdadigheid; lef; manhaftigheid; moed; onversaagdheid; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid
ModifierRelated TranslationsOther Translations
fuerza dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig

Related Words for "stoerheid":


stoer:

stoer adj

  1. stoer (flink)

Translation Matrix for stoer:

NounRelated TranslationsOther Translations
bastante aardig wat
notable notabel; notabele
ModifierRelated TranslationsOther Translations
bastante flink; stoer aanmerkelijk; aanzienlijk; basta; beduidend; behoorlijk; behoorlijke; bevredigend; danig; duchtig; enigermate; enigszins; enorm; flink; fors; genoeg; genoegzaam; iets; ietwat; menig; nogal; nogal wat; redelijk; redelijke; sufficiënt; tamelijk; tamelijk veel; tamelijke; toereikend; voldoende; vrij veel; vrij wat
notable flink; stoer aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; befaamd; behoorlijk; beslist; besluitvaardig; danig; dapper; deftig; duchtig; eerbiedwekkend; enorm; fier; flink; fors; frappant; geacht; gedecideerd; gedistingeerd; heldhaftig; heroïsch; hooggeplaatst; hooggezeten; in het oog lopend; in het oog springend; indrukwekkend; kloek; kordaat; majestueus; moedig; nobel; noemenswaardig; onverschrokken; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; parmant; parmantig; plechtig; plechtstatig; prominent; resoluut; royaal; saillant; statig; stout; stoutmoedig; toepasselijk; treffend; trots; vastberaden; vermeldenswaard; vermeldenswaardig; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam; vorstelijk
robusto flink; stoer breed; dapper; ferm; flink; fors; forse; fysiek sterk; grofgebouwd; heldhaftig; heroïsch; intens; intensief; kloek; krachtig; massief; met een krachtige uitwerking; moedig; onverschrokken; potig; robuust; sterk; stevig; stout; stoutmoedig; struis; uit de kluiten gewassen; zwaar; zwaargebouwd

Related Words for "stoer":


Wiktionary Translations for stoer:


Cross Translation:
FromToVia
stoer recio; sólido sturdy — solid in structure or person
stoer robusto; resistente robuste — Qui est fort, vigoureux, résistant.