Dutch

Detailed Translations for roekeloosheid from Dutch to Spanish

roekeloosheid:

roekeloosheid [de ~ (v)] nomen

  1. de roekeloosheid
    la temeridad
  2. de roekeloosheid (waaghalzerij; vermetelheid; overmoed; onbesuisdheid)
    la hazaña; la temeridad; la osadía; la audacia; el ímpetu; el atrevimiento; el arrojo; la imprudencia; la frivolidad

Translation Matrix for roekeloosheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
arrojo onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij
atrevimiento onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij branie; dikdoenerij; driestheid; gebluf; gebral; gepoch; grootspraak; kloekheid; koenheid; onverschrokkenheid; opschepperij; snoeverij; stoutmoedigheid; vermetelheid
audacia onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij branie; bravourstuk; dapperheid; dikdoenerij; driestheid; durf; gebluf; gebral; gepoch; gewaagdheid; grootspraak; kloekheid; koenheid; lef; moed; onversaagdheid; onverschrokkenheid; opschepperij; snoeverij; stoutmoedigheid; vermetelheid
frivolidad onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij frivoliteit; hupsheid; ijdelheid; ijdeltuiterij; lichthartigheid; lichtzinnigheid; luchthartigheid; ondiepte; oppervlakkigheid; wuftheid
hazaña onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij bravourestuk; bravourstuk; dapperheid; heldendaad; heroïsche verrichting; hoogstandje; koenheid; krachttoer; kunststuk; moed; moedige daad; onversaagdheid; prestatie; recordprestatie; stunt; toer; topprestatie; wapenfeit
imprudencia onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij frivoliteit; hupsheid; lichtzinnigheid; onbezonnenheid; ondiepte; ondoordachtheid; ondoordachtzaamheid; onkuisheid; oppervlakkigheid
osadía onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij bravourstuk; driestheid; durf; gewaagdheid; kloekheid; koenheid; lef; moed; onverschrokkenheid; stoutmoedigheid; vermetelheid
temeridad onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij bravourstuk
ímpetu onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij elan; felheid; gedrevenheid; gloed; heftigheid; hevigheid; ijver; ijverigheid; intensiteit; kracht; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; onbeheerstheid; onbesuisdheid; pit; vlam; vlijt; vlijtigheid; vuur; werklust; werkzaamheid

Related Words for "roekeloosheid":


Wiktionary Translations for roekeloosheid:


Cross Translation:
FromToVia
roekeloosheid temeridad temerity — reckless boldness

roekeloosheid form of roekeloos:


Translation Matrix for roekeloos:

NounRelated TranslationsOther Translations
atrevido branie; brutaal joch; dikdoenerij; gebluf; gebral; gepoch; grootspraak; opschepperij; snoeverij; waaghals
revoltoso druktemaker; herrieschopper; provocateur; zenuwlijder
temerario double; dubbel; stuntman
travieso donderstraal; schoffie; vlegel; vlerk
ModifierRelated TranslationsOther Translations
a la ligera lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; onoverdacht; overhaast; overijld; vluchtelings; voorbarig
atrevido doldriest; halsbrekend; lichtzinnig; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig brutaal; dapper; gedurfd; gewaagd; heldhaftig; heroïsch; kloek; loszinnig; moedig; niet beschroomd; onberaden; onbeschroomd; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; onversaagd; onverschrokken; pikant; stout; stoutmoedig; vlegelachtig; vrijmoedig; vrijpostig; zonder vrees
audaz doldriest; lichtzinnig; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig ambitieus; brutaal; driest; eerzuchtig; hoogvliegend; niet beschroomd; onbeschroomd; onversaagd; onverschrokken; stoutmoedig; streverig; vrijmoedig; vrijpostig; zonder angst; zonder vrees
imprudente lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos dom; lichthoofdig; lichtzinnig; onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; onverstandig; stom; suf
inconsciente lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos absent; achteloos; afwezig; bedwelmd; bewusteloos; gedachteloos; halfdood; incapabel; onbedacht; onbekend met; onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onkundig; onnadenkend; ontoerekeningsvatbaar; onverantwoord; onwillekeurig; overhaast; overijld; voorbarig; werktuiglijk; zonder erbij na te denken
irreflexivo lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; roekeloos achteloos; gedachteloos; klakkeloos; lichthoofdig; lichtvaardig; lichtzinnig; onberaden; onbesuisd; onbezonnen; ondoordacht; onnadenkend; onoverdacht; ontoerekeningsvatbaar; onverantwoord; onwillekeurig; overhaast; overijld; voorbarig; werktuiglijk; zomaar; zonder bedenken of overwegen; zonder erbij na te denken
muy arriesgado halsbrekend; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig halsbrekend; levensgevaarlijk
muy atrevido baldadig; doldriest; halsbrekend; lichtzinnig; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend
osado doldriest; halsbrekend; lichtzinnig; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig brutaal; gedurfd; gewaagd; hoogvliegend; niet beschroomd; onberaden; onbeschroomd; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; pikant; stoutmoedig; vrijmoedig; vrijpostig
revoltoso baldadig; roekeloos baanbrekend; oproerig; opstandig; rebels; revolutionair
temerario baldadig; doldriest; lichtzinnig; onbedachtzaam; onnadenkend; onvoorzichtig; overmoedig; roekeloos; vermetel; waaghalzig lichthoofdig; lichtzinnig
travieso baldadig; roekeloos bengelachtig; ernaast; fout; foutief; guitig; jongensachtig; kwajongensachtig; mis; olijk; ondeugend; onjuist; onwaar; schalkachtig; schalks; schelmachtig; schelms; snaaks; spotachtig; ten onrechte; verkeerd

Related Words for "roekeloos":


Wiktionary Translations for roekeloos:

roekeloos
adjective
  1. zonder zorg over de gevolgen of het gevaar van een handeling

Cross Translation:
FromToVia
roekeloos atrevido; osado; audaz daring — willing to take on risks
roekeloos imprudente reckless — careless or heedless; headstrong or rash
roekeloos temerario reckless — indifferent to danger or the consequences
roekeloos peligrosamente; arriesgadamente unsafely — in an unsafe way