Dutch
Detailed Translations for bottelen from Dutch to Spanish
bottelen:
-
bottelen
Conjugations for bottelen:
o.t.t.
- bottel
- bottelt
- bottelt
- bottelen
- bottelen
- bottelen
o.v.t.
- bottelde
- bottelde
- bottelde
- bottelden
- bottelden
- bottelden
v.t.t.
- heb gebotteld
- hebt gebotteld
- heeft gebotteld
- hebben gebotteld
- hebben gebotteld
- hebben gebotteld
v.v.t.
- had gebotteld
- had gebotteld
- had gebotteld
- hadden gebotteld
- hadden gebotteld
- hadden gebotteld
o.t.t.t.
- zal bottelen
- zult bottelen
- zal bottelen
- zullen bottelen
- zullen bottelen
- zullen bottelen
o.v.t.t.
- zou bottelen
- zou bottelen
- zou bottelen
- zouden bottelen
- zouden bottelen
- zouden bottelen
en verder
- is gebotteld
- zijn gebotteld
diversen
- bottel!
- bottelt!
- gebotteld
- bottelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
bottelen
el embottellar -
bottelen
Translation Matrix for bottelen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
embottellar | bottelen | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
embotellar | bottelen | leerstof erin stampen |
envasar | bottelen | |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
embotellado | bottelen |
Related Words for "bottelen":
Wiktionary Translations for bottelen:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bottelen | → embotellar | ↔ bottle — seal (a liquid) into a bottle for later consumption |