Noun | Related Translations | Other Translations |
mastuerzo
|
|
hork; kinkel; klont; klonter; lomperd; proleet; schar; vlegel
|
torpe
|
|
boerenkinkel; brutale kerel; heikneuter; hork; hufter; kinkel; klootzak; lomperd; lomperik; ongelikte beer; proleet; vlegel
|
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
inhábil
|
|
klungelig; links
|
torpe
|
|
klungelig; links
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
bastante mal
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
krukkig; onbeholpen; onhandig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
|
de mala calidad
|
gebrekkig; ondeugdelijk
|
arm; inferieur; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; slecht; tweederangs; waardeloos; zwak
|
deficiente
|
gebrekkig; ondeugdelijk
|
arm; deficiënt; dor; incompleet; inferieur; minderwaardig; ondermaats; ondeugdelijk; onvolledig; onvolwaardig; schraal; slecht; tweederangs; waardeloos; zwak
|
desgalichado
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
krukkig; onbeholpen; onhandig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
|
desgarbado
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
houterig; krukkig; log; lomp; onbeholpen; onbeschoft; onhandig; onsierlijk van gedaante; plomp; schutterig; slungelig; stijf; stijve; stram; stroef; stumperig; stuntelig; sukkelig
|
desmañado
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
aanmatigend; aanstootgevend; aanstotelijk; bot; dorps; klungelig; kortaf; krukkig; lomp; onbeholpen; onbehouwen; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onhandig; onopgevoed; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig; zonder omhaal
|
débil
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
arm; armetierig; berooid; bleek; breekbaar; broos; flauw; flauwtjes; flets; fragiel; gammel; hulpvragend; hulpzoekend; krakkemikkig; krukkig; kwetsbaar; machteloos; onbeholpen; onhandig; onmachtig; pover; schutterig; slap; slapjes; slungelig; steunzoekend; stumperig; stuntelig; sukkelig; teer; verschoten; wankel; wrak; zwak; zwakjes
|
en baja forma
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
bleekjes; krukkig; onbeholpen; onhandig; pips; schutterig; slap; slapjes; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; wee; ziekelijk; zwak
|
inadecuado
|
gebrekkig; ondeugdelijk
|
nadelig; ongunstig; onvoordelig
|
inhábil
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
aanmatigend; bot; dorps; klungelig; kortaf; krukkig; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig; zonder omhaal
|
inservible
|
gebrekkig; ondeugdelijk
|
nutteloos; onbruikbaar; ongerede; waardeloos; zinloos; zonder nut
|
larguirucho
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
krukkig; onbeholpen; onhandig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig
|
mastuerzo
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
aanmatigend; dorps; krukkig; lomp; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; uilachtig
|
no apto
|
gebrekkig; ondeugdelijk
|
incompetent; onbevoegd
|
patoso
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
krukkig; onbeholpen; onhandig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig
|
torpe
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
aanmatigend; achterlijk; afgestompt; bot; breinloos; dom; dorps; geesteloos; harkerig; hersenloos; hoekig; idioot; kantig; klungelig; krukkig; log; lomp; onbeholpen; onbehouwen; onbenullig; onbeschaafd; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongeschoold; ongetraind; onhandig; onnozel; onopgevoed; onsierlijk van gedaante; onverstandig; plomp; respectloos; scherp; schichtig; schrikachtig; schutterig; slungelig; stoethaspelig; stompzinnig; stumperig; stuntelig; stupide; sukkelend; sukkelig; uilachtig; verstandeloos; vlijmend; vlijmscherp; vreesachtig
|
tosco
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
aanmatigend; barbaars; beestachtig; bruut; dorps; grof; grofgebouwd; inhumaan; krukkig; lomp; monsterlijk; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; ongetemd; onhandig; onmenselijk; respectloos; ruig; ruw; schofterig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; uilachtig; wild; woest; wreed
|
zafio
|
gebrekkig; knullig; onbeholpen; onhandig; schutterig; stumperig; stuntelig
|
aanmatigend; dorps; krukkig; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; onhandig; respectloos; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; uilachtig
|