Dutch
Detailed Translations for onpasselijkheid from Dutch to Spanish
onpasselijkheid:
-
de onpasselijkheid (misselijkheid; ongesteldheid)
Translation Matrix for onpasselijkheid:
Noun | Related Translations | Other Translations |
mareo | misselijkheid; ongesteldheid; onpasselijkheid | duizeligheid; dun zijn; luchtziekte; magerheid; magerte; wagenziekte; zeeziekte |
náuseas | misselijkheid; ongesteldheid; onpasselijkheid | afgrijzen; gruwen; walging; weerzin |
Related Words for "onpasselijkheid":
onpasselijk:
Translation Matrix for onpasselijk:
Noun | Related Translations | Other Translations |
mal | bezwaar; demon; duivel; grief; het klagen; klacht; kwaad; kwaal; ongemak; ongerief; satan; slepende ziekte; stoornis | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
mal | misselijk; naar; onpasselijk; onwel | aan een ziekte lijdend; averechts; boos; furieus; gemeen; kwaad; kwaadwillig; met slechte intentie; min; nijdig; razend; satanisch; scheefgegroeid; slecht; spinnijdig; toornig; vals; verkeerd; vertoornd; woest; ziedend; ziek |
mareado | misselijk; naar; onpasselijk; onwel | akelig; beroerd; doodziek; draaierig; duizelig; ellendig; erg ziek; naar; ongezond; spuugmisselijk; spuugzat; treinziek; wagenziek; zeeziek; ziekjes |