Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. nervositeit:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for nervositeit from Dutch to Spanish

nervositeit:

nervositeit [de ~ (v)] nomen

  1. de nervositeit (zenuwachtigheid)
    la nervosidad; la tensión; el nerviosismo; la nerviosidad

Translation Matrix for nervositeit:

NounRelated TranslationsOther Translations
nerviosidad nervositeit; zenuwachtigheid onrustigheid; plankenkoorts; zenuwachtigheid
nerviosismo nervositeit; zenuwachtigheid
nervosidad nervositeit; zenuwachtigheid
tensión nervositeit; zenuwachtigheid concentratie; gespannen toestand; gespannenheid; ingespannenheid; spanning; strakheid; stress

Wiktionary Translations for nervositeit:

nervositeit
noun
  1. zenuwachtigheid