Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. schuld:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for schuld from Dutch to Spanish

schuld:

schuld [de ~] nomen

  1. de schuld
    la deuda; la culpa
  2. de schuld
    la deuda

Translation Matrix for schuld:

NounRelated TranslationsOther Translations
culpa schuld blaam
deuda schuld

Related Words for "schuld":


Antonyms for "schuld":


Related Definitions for "schuld":

  1. bedrag dat je nog moet betalen1
    • wij hebben geen schulden1
  2. verantwoordelijk zijn voor een fout1
    • het is zijn schuld dat ik verkeerd reed1

Wiktionary Translations for schuld:

schuld
noun
  1. een geldbedrag dat ondanks de verplichting daartoe niet betaald wordt
  2. een verantwoordelijkheid die iemand wordt toegeschreven voor een laakbare gebeurtenis of toestand

Cross Translation:
FromToVia
schuld culpa blame — state of having caused a bad event
schuld deuda debt — action, state of mind, or object one has an obligation to perform for another
schuld culpa guilt — responsibility for wrongdoing
schuld culpabilidad guilt — legal
schuld deuda dette — Somme due à un créancier

Related Translations for schuld