Home ->Dictionaries ->Dutch/Spanish ->Search: halsketting

Dutch and Spanish Search Results for: halsketting

Summary

Dutch to Spanish: more detail...

halsketting:
- collar; cadena; cadenita; cadenilla
Wiktionary:
- halsketting → collar
- halsketting → collar, gargantilla

Dutch

Detailed Translations for halsketting from Dutch to Spanish

halsketting:

halsketting [de ~] nomen

de halsketting (halssnoer; ketting; kettinkje)
el collar; la cadena; la cadenita; la cadenilla
- collar [el ~] nomen
- cadena [la ~] nomen
- cadenita [la ~] nomen
- cadenilla [la ~] nomen

Translation Matrix for halsketting:

Noun	Related Translations	Other Translations
cadena	halsketting; halssnoer; ketting; kettinkje	aaneengeschakelde ringen om iemand mee vast te binden; aaneenschakeling; boei; halssieraad; keten; ketting; kluister; net; snoer; tekenreeks; televisiekanaal
cadenilla	halsketting; halssnoer; ketting; kettinkje	aaneenschakeling; keten; ketting; snoer
cadenita	halsketting; halssnoer; ketting; kettinkje	aaneenschakeling; keten; ketting; snoer
collar	halsketting; halssnoer; ketting; kettinkje	aaneenschakeling; collier; halsband; halssieraad; keten; ketting; leiband; snoer

Related Words for "halsketting":

halskettingen

Wiktionary Translations for halsketting:

halsketting

noun

een ketting als sieraad voor om de hals
- halsketting → collar

Cross Translation:

From	To	Via
• halsketting	→ collar	↔ collar — chain worn around the neck
• halsketting	→ collar	↔ necklace — jewelry
• halsketting	→ gargantilla; collar	↔ Halskette — Schmuckstück, das um den Hals getragen wird und in der Regel ein kunsthandwerkliches Produkt ist