Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. ontgoocheling:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ontgoocheling from Dutch to Spanish

ontgoocheling:

ontgoocheling [de ~ (v)] nomen

  1. de ontgoocheling (teleurstelling; desillusie)
    la decepción; el desengaño; la desilusión; el contratiempo; la mala suerte
  2. de ontgoocheling (afknapper)
    la decepción; el desengaño; el desencanto; la desilusión

Translation Matrix for ontgoocheling:

NounRelated TranslationsOther Translations
contratiempo desillusie; ontgoocheling; teleurstelling fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag
decepción afknapper; desillusie; ontgoocheling; teleurstelling fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag
desencanto afknapper; ontgoocheling ontnuchtering
desengaño afknapper; desillusie; ontgoocheling; teleurstelling fiasco; flop; misrekening; misslag; ontnuchtering; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag
desilusión afknapper; desillusie; ontgoocheling; teleurstelling fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag
mala suerte desillusie; ontgoocheling; teleurstelling ellende; fiasco; flop; malheur; misrekening; misslag; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; slag; sof; tegenslag; tegenspoed; tegenvaller; teleurstelling; terugslag; terugslagen

Related Words for "ontgoocheling":

  • ontgoochelingen

Wiktionary Translations for ontgoocheling:


Cross Translation:
FromToVia
ontgoocheling desilusión; desengaño déception — Fait d’décevoir ou de subir une situation inférieure à ses attentes.