Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. samenspel:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for samenspel from Dutch to Spanish

samenspel:

samenspel [het ~] nomen

  1. het samenspel
    el entendimiento; la colaboración

Translation Matrix for samenspel:

NounRelated TranslationsOther Translations
colaboración samenspel coöperatie; medewerking; samenwerking; samenwerkingsverband
entendimiento samenspel beschouwing; bewustzijn; brein; brille; denkvermogen; doorzicht; geest; genie; hersens; intellect; intelligentie; inzicht; overeenstemming; rede; vernuft; verstaanbaarheid; verstand; visie

Related Words for "samenspel":

  • samenspelen

Wiktionary Translations for samenspel:

samenspel
noun
  1. wijze waarop verschillende personen bij een spel elkaar steunen of een geheel vormen