Interglot - "aanbrengers" translated from Dutch to Spanish

Summary

Dutch to Spanish: more detail...

aanbrengers:
- ganchos; espías; delatores; soplones; acusetas; chivatos; denunciantes; informantes; espiones

Dutch

Detailed Translations for aanbrengers from Dutch to Spanish

de aanbrengers (stoepiers; klantenlokkers; runners)
el ganchos
- ganchos [el ~] nomen
de aanbrengers (stille verklikkers; verklikkers)
la espías; el delatores; el soplones
- espías [la ~] nomen
- delatores [el ~] nomen
- soplones [el ~] nomen
de aanbrengers (politie-informanten; verklikkers)
el acusetas; la espías; el chivatos; el delatores; el denunciantes; el soplones; el informantes; el espiones
- acusetas [el ~] nomen
- espías [la ~] nomen
- chivatos [el ~] nomen
- delatores [el ~] nomen
- denunciantes [el ~] nomen
- soplones [el ~] nomen
- informantes [el ~] nomen
- espiones [el ~] nomen

External Machine Translations:

Remove Ads

Noun	Related Translations	Other Translations
acusetas	aanbrengers; politie-informanten; verklikkers	klikspanen; verklikkers
chivatos	aanbrengers; politie-informanten; verklikkers	klikspanen; verklikkers
delatores	aanbrengers; politie-informanten; stille verklikkers; verklikkers	klikspanen; verklikkers
denunciantes	aanbrengers; politie-informanten; verklikkers
espiones	aanbrengers; politie-informanten; verklikkers
espías	aanbrengers; politie-informanten; stille verklikkers; verklikkers	geheim agenten; spionnen
ganchos	aanbrengers; klantenlokkers; runners; stoepiers
informantes	aanbrengers; politie-informanten; verklikkers
soplones	aanbrengers; politie-informanten; stille verklikkers; verklikkers	klikspanen; verklikkers