Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. autorijden:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for autorijden from Dutch to Spanish

autorijden:

autorijden [znw.] nomen

  1. autorijden (rijden)
    el conducir

Translation Matrix for autorijden:

NounRelated TranslationsOther Translations
conducir autorijden; rijden
VerbRelated TranslationsOther Translations
conducir aan het stuur zitten; aanvoeren; begeleiden; bevel voeren over; commanderen; een paard mennen; karren; leiden; leidinggeven; meevoeren; mennen; rijden; sturen; transporteren; vervoeren; voeren; zenden

Wiktionary Translations for autorijden:

autorijden
verb
  1. zich voortbewegen door een auto te besturen