Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. dichtsneeuwen:


Dutch

Detailed Translations for dichtsneeuwen from Dutch to Spanish

dichtsneeuwen:

dichtsneeuwen verb (sneeuwt dicht, sneeuwde dicht, dichtgesneeuwd)

  1. dichtsneeuwen

Conjugations for dichtsneeuwen:

o.t.t.
  1. sneeuwt dicht
  2. sneeuwen dicht
o.v.t.
  1. sneeuwde dicht
  2. sneeuwden dicht
v.t.t.
  1. is dichtgesneeuwd
  2. zijn dichtgesneeuwd
v.v.t.
  1. was dichtgesneeuwd
  2. waren dichtgesneeuwd
o.t.t.t.
  1. zal dichtsneeuwen
  2. zullen dichtsneeuwen
o.v.t.t.
  1. zou dichtsneeuwen
  2. zouden dichtsneeuwen
diversen
  1. sneeuw dicht!
  2. sneeuwt dicht!
  3. dichtgesneeuwd
  4. dichtsneeuwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for dichtsneeuwen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
cubrirse de nieve dichtsneeuwen ondersneeuwen
nevarse dichtsneeuwen