Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. fixatie:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for fixatie from Dutch to Spanish

fixatie:

fixatie [de ~ (v)] nomen

  1. de fixatie (gefixeerdheid)
    la fijación; la obsesión

Translation Matrix for fixatie:

NounRelated TranslationsOther Translations
fijación fixatie; gefixeerdheid aanhechting; affirmatie; assemblage; assembleren; bevestiging; definiëring; dwangvoorstelling; het bevestigen; het vastmaken; idee-fixe; maatregel; montage; omschrijving; samenstelling; samenvoeging; schikking; voorziening
obsesión fixatie; gefixeerdheid bezetenheid; dwanggedachte; dwangvoorstelling; idee-fixe; manie; obsessie; overdreven voorliefde; pathologische opgewondenheid; rage

Related Words for "fixatie":

  • fixaties

Wiktionary Translations for fixatie:

fixatie
noun
  1. het fixeren, het vastzetten, het vasthechten

Cross Translation:
FromToVia
fixatie obsesión obsession — unhealthy fixation

External Machine Translations: