Dutch
Detailed Translations for geweld from Dutch to Spanish
geweld:
-
het geweld
-
het geweld
Translation Matrix for geweld:
Noun | Related Translations | Other Translations |
brutalidad | geweld | agressiviteit; barbaarsheid; barbarij; gewelddaad; gewelddadigheid; geweldpleging; onmenselijkheid; wreedheid |
fuerza | geweld | aandrift; aandrijving; capaciteit; daadkracht; dapperheid; doortastendheid; dynamiek; energie; esprit; felheid; fermheid; flinkheid; forsheid; fut; gehardheid; gestaaldheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; koenheid; kracht; krachtdadigheid; kranigheid; macht; moed; momentum; onversaagdheid; puf; sterkte; stevigheid; stoerheid; stootband; stuwkracht; vermogen; voortstuwing; voortvarendheid; werklust |
violencia | geweld | agressiviteit; felheid; gewelddaad; gewelddadigheid; geweldpleging; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht; onbeheerstheid; onbesuisdheid |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
fuerza | dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig |
Related Definitions for "geweld":
Wiktionary Translations for geweld:
geweld
Cross Translation:
noun
-
elke kracht van meer dan geringe betekenis uitgeoefend op personen, goederen of zaken
- geweld → violencia
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• geweld | → violencia | ↔ Gewalt — ohne Plural: erhebliche oder übermäßige Kraft, dies bei gezieltem Tun gegen Widerstände, oft ohne Legitimation |
• geweld | → violencia | ↔ violence — extreme force |
• geweld | → violencia | ↔ violence — impétuosité, force non contenir. |
geweld form of wellen:
Conjugations for wellen:
o.t.t.
- wel
- welt
- welt
- wellen
- wellen
- wellen
o.v.t.
- welde
- welde
- welde
- welden
- welden
- welden
v.t.t.
- ben geweld
- bent geweld
- is geweld
- zijn geweld
- zijn geweld
- zijn geweld
v.v.t.
- was geweld
- was geweld
- was geweld
- waren geweld
- waren geweld
- waren geweld
o.t.t.t.
- zal wellen
- zult wellen
- zal wellen
- zullen wellen
- zullen wellen
- zullen wellen
o.v.t.t.
- zou wellen
- zou wellen
- zou wellen
- zouden wellen
- zouden wellen
- zouden wellen
diversen
- wel!
- welt!
- geweld
- wellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for wellen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
brotar | borrelen; wellen | afkomstig zijn; afstammen; conveniëren; deugen; geschikt zijn; omhoog schieten; ontspruiten; op vuur pruttelen; opschieten; passen; passend zijn; pruttelen; smoren; spruiten; stammen; stoffen; sudderen; uit de grond schieten; uit ei kruipen; uitkomen; voortkomen |