Noun | Related Translations | Other Translations |
despedirse a la francesa
|
|
noorderzon
|
largarse
|
|
inrukken; ophoepelen
|
marcharse
|
|
opbreken
|
salir
|
|
heengaan; vertrekken; weggaan
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
coger las de Villadiego
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
er tussenuit knijpen; er vandoor gaan
|
despedirse a la francesa
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
|
escaparse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
floepen; glippen; in ontvangst nemen; krijgen; losbreken; loskomen; ontslagen worden; ontsnappen; ontvangen; op vrije voeten gesteld worden; opstrijken; uitwijken voor iets; vrijkomen; wegglippen; zich bevrijden; zich met geweld losbreken
|
evadirse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
loskomen; ontslagen worden; op vrije voeten gesteld worden; uitwijken voor iets; vrijkomen
|
fugarse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
deserteren; het leger ontvluchten
|
huirse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
|
irse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
afreizen; gaan; heengaan; opbreken; opstappen; smeren; verdwijnen; verlaten; vertrekken; verwijderen; weggaan; wegreizen; wegtrekken; zich verwijderen
|
irse pitando
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
|
largarse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
afreizen; er tussenuit knijpen; er vandoor gaan; gaan; heengaan; inrukken; met de noorderzon vertrekken; naar de vijand overlopen; opbreken; opdonderen; opflikkeren; ophoepelen; opkrassen; oplazeren; oprotten; opstappen; verdwijnen; verlaten; vertrekken; weggaan; wegreizen; wegscheren; wegtrekken; zich wegscheren
|
marcharse
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
aanbinden; aanknopen; afreizen; beginnen; er tussenuit knijpen; er vandoor gaan; gaan; heengaan; lopend weggaan; met de noorderzon vertrekken; opbreken; opstappen; smeren; verdwijnen; verlaten; vertrekken; verwijderen; weggaan; weglopen; wegreizen; wegtrekken
|
salir
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
afhaken; afreizen; afsluiten; afvallen; afzeggen; afzien van; belanden; bewaarheid worden; blijken; conveniëren; de hort op gaan; deugen; eruit gaan; eruitgaan; eruitstappen; extraheren; gaan; geraken; geschikt zijn; heengaan; loskomen; loskrijgen; losmaken; lostornen; naar de vijand overlopen; ontglippen; ontkomen; ontslagen worden; ontsnappen aan; ontvluchten; op vrije voeten gesteld worden; opbreken; opgeven; ophouden; opstappen; passen; passend zijn; reizen; rondreizen; smeren; stappen; stoppen; terechtkomen; tornen; trekken; uitgaan; uithalen; uitkomen; uitrijden; uitstappen; uittrekken; verdwijnen; verlaten; vertrekken; verwijderen; verzeilen; vluchten; vooraan staan; vooruitspringen; vooruitsteken; vrijkomen; weggaan; wegkomen; weglopen; wegreizen; wegrennen; wegtrekken; zich vrijmaken; zwerven
|
tomar las de Villadiego
|
de plaat poetsen; ervandoor gaan; hem smeren; zich uit de voeten maken
|
er tussenuit knijpen; er vandoor gaan; met de noorderzon vertrekken
|
Other | Related Translations | Other Translations |
salir
|
|
uitkomen; uitstromen
|