Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. iets verplaatsen:


Dutch

Detailed Translations for iets verplaatsen from Dutch to Spanish

iets verplaatsen:


Translation Matrix for iets verplaatsen:

NounRelated TranslationsOther Translations
despachar afgeven; afleveren; aflevering
VerbRelated TranslationsOther Translations
cambiar de lugar iets verplaatsen; verleggen disloqueren; roeren; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten
cambiar de sitio iets verplaatsen; verleggen converteren; disloqueren; omzetten; roeren; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verwisselen; verzetten
despachar iets verplaatsen; verleggen behandelen; beroeren; bewegen; demonteren; herstellen; iets afhandelen; in beweging brengen; in orde brengen; in orde maken; ontheffen; ontmantelen; ontslaan; onttakelen; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen; uitklaren; uitsturen; verhuizen; verkassen; verzenden; wegsturen; wegzenden
desplazar iets verplaatsen; verleggen demonteren; disloqueren; een spier verrekken; ontmantelen; onttakelen; roeren; schuiven; uit elkaar halen; uit elkaar nemen; uiteen nemen; verleggen; verplaatsen; verrijden; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten; voortbewegen
diferirse iets verplaatsen; verleggen
mover iets verplaatsen; verleggen beroeren; bewegen; deponeren; disloqueren; duwen; gaan; leggen; lopen; mixen; mobiliseren; neerleggen; neerzetten; omroeren; onderuit halen; ontroeren; opschudden; plaatsen; raken; roeren; stappen; stationeren; treffen; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten; voortbewegen; voortduwen; vooruitduwen; wriggelen; wrikken; zetten; zich verplaatsen; zich voortbewegen

Related Translations for iets verplaatsen