Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- ingrijpen:
-
Wiktionary:
- ingrijpen → intervenir, mezclarse
- ingrijpen → intervenir
Dutch
Detailed Translations for ingrijpt from Dutch to Spanish
ingrijpen:
-
ingrijpen (tussenbeide komen; interfereren; interveniëren; tussenkomen; interrumperen; bemiddelen)
-
ingrijpen (toetasten; toegrijpen; zich bedienen; grijpen; aanpakken)
Conjugations for ingrijpen:
o.t.t.
- grijp in
- grijpt in
- grijpt in
- grijpen in
- grijpen in
- grijpen in
o.v.t.
- greep in
- greep in
- greep in
- grepen in
- grepen in
- grepen in
v.t.t.
- heb ingegrepen
- hebt ingegrepen
- heeft ingegrepen
- hebben ingegrepen
- hebben ingegrepen
- hebben ingegrepen
v.v.t.
- had ingegrepen
- had ingegrepen
- had ingegrepen
- hadden ingegrepen
- hadden ingegrepen
- hadden ingegrepen
o.t.t.t.
- zal ingrijpen
- zult ingrijpen
- zal ingrijpen
- zullen ingrijpen
- zullen ingrijpen
- zullen ingrijpen
o.v.t.t.
- zou ingrijpen
- zou ingrijpen
- zou ingrijpen
- zouden ingrijpen
- zouden ingrijpen
- zouden ingrijpen
diversen
- grijp in!
- grijpt in!
- ingegrepen
- ingrijpend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for ingrijpen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
intervenir | bemiddelen; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; tussenbeide komen; tussenkomen | bemiddelen; optreden; performen; spelen; tussenkomen; tussenspringen |
intervenir en | bemiddelen; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; tussenbeide komen; tussenkomen | bemoeien; inmengen; meedoen; meespelen; mengen |
servirse | aanpakken; grijpen; ingrijpen; toegrijpen; toetasten; zich bedienen | |
servirse a sí mismo | aanpakken; grijpen; ingrijpen; toegrijpen; toetasten; zich bedienen | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
intervenir | tussenbeide |
Wiktionary Translations for ingrijpen:
ingrijpen
Cross Translation:
verb
-
zich beslissend mengen in het verloop van iets
- ingrijpen → intervenir; mezclarse
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ingrijpen | → intervenir | ↔ intervene — to come between, or to be between, persons or things |
External Machine Translations: