Summary
Dutch
Detailed Translations for jongens from Dutch to Spanish
jongens:
-
de jongens (rakkers)
Translation Matrix for jongens:
Noun | Related Translations | Other Translations |
granuja | jongens; rakkers | bandiet; bengel; boef; boefje; boerenkinkel; boosdoener; booswicht; deugniet; eikel; fielt; heikneuter; hond; hork; hufter; kinkel; klootzak; kwajongen; lomperd; lul; oetlul; ondeugd; onverlaat; picaro; proleet; rekel; schavuit; schelm; schobbejak; schoelje; schoft; schurk; slechtaard; smeerlap; smiecht; smiek; snoodaard; sodemieter; stouterd; vlegel |
pícaros | jongens; rakkers | bengels; boefjes; deugnieten; gladakkers; guiten; schavuiten; vlegels |
tunante | jongens; rakkers | bengel; blaag; boef; boefje; deugniet; fielt; kwajongen; lelijkerd; mispunt; naarling; ondeugd; rekel; rotzak; schavuit; schelm; schobbejak; schoelje; schoft; schurk; smeerlap; smiecht; smiek; stinkerd; stouterd; vlegel |
Related Words for "jongens":
jongen:
-
de jongen (rakker)
-
jongen (werpen; ter wereld brengen)
Conjugations for jongen:
o.t.t.
- jong
- jongt
- jongt
- jongen
- jongen
- jongen
o.v.t.
- jongde
- jongde
- jongde
- jongden
- jongden
- jongden
v.t.t.
- heb gejongd
- hebt gejongd
- heeft gejongd
- hebben gejongd
- hebben gejongd
- hebben gejongd
v.v.t.
- had gejongd
- had gejongd
- had gejongd
- hadden gejongd
- hadden gejongd
- hadden gejongd
o.t.t.t.
- zal jongen
- zult jongen
- zal jongen
- zullen jongen
- zullen jongen
- zullen jongen
o.v.t.t.
- zou jongen
- zou jongen
- zou jongen
- zouden jongen
- zouden jongen
- zouden jongen
diversen
- jong!
- jongt!
- gejongd
- jongend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for jongen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
chico | jongen; rakker | baasje; dreumes; gast; gozer; heerschap; hummel; jochie; jongetje; kerel; kind; klein jongetje; klein kereltje; klein kind; klein meisje; kleine jongen; kleintje; kleuter; knakker; knul; man; mannetje; mannetjesdier; peuter; sujet; uk; vent; worm; wurm |
golfillo | jongen; rakker | rekel; schoffie; stouterd; straatjongen; straatkind; vandaal; vlegel; vlerk; zwerfjongere |
parir | jongen krijgen; werpen | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
parir | jongen; ter wereld brengen; werpen | baren; bevallen; fokken; kalven; kalveren werpen; kweken; opfokken; ter wereld brengen; voortbrengen |
traer al mundo | jongen; ter wereld brengen; werpen | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
chico | klein; ondermaats; van geringe afmeting |
Related Words for "jongen":
Antonyms for "jongen":
Related Definitions for "jongen":
Wiktionary Translations for jongen:
jongen
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• jongen | → varón | ↔ boy — young male |
• jongen | → niño; chico | ↔ lad — a boy |
• jongen | → varón; macho; hombre | ↔ male — human of masculine sex or gender |
• jongen | → muchacho | ↔ Bube — männliches Kind |
• jongen | → muchacho; chico; mozo; joven | ↔ Junge — männliches Kind |
• jongen | → chico; rapaz | ↔ Knabe — gehoben, veraltend, süddeutsch: Kind männlichen Geschlechts |
• jongen | → chico; muchacho | ↔ garçon — Jeune homme |