Dutch

Detailed Translations for kwaadheid from Dutch to Spanish

kwaadheid:


kwaadheid form of kwaad:

kwaad [het ~] nomen

  1. het kwaad (duivel; demon; satan)
    el diablo; la maldad; el Satán; el demonio; el mal

Translation Matrix for kwaad:

NounRelated TranslationsOther Translations
Satán demon; duivel; kwaad; satan boosaardig wezen; kwelduivel
demonio demon; duivel; kwaad; satan boosaardig wezen; kwelduivel
diablo demon; duivel; kwaad; satan bliksem; bliksemflits; bliksemschicht; bliksemslag; boosaardig wezen; flits; kwelduivel
frenético razende
furioso razende
mal demon; duivel; kwaad; satan bezwaar; grief; het klagen; klacht; kwaal; ongemak; ongerief; slepende ziekte; stoornis
maldad demon; duivel; kwaad; satan doortraptheid; gemeenheid; gewiekstheid; giftigheid; gladheid; gramschap; listigheid; schurkachtigheid; slinksheid; sluwheid; snoodheid; venijn; venijnigheid; verbolgenheid; virulentie
malo gemenerik
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- boos; nijdig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
airado boos; furieus; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; verbolgen; vertoornd; woest; ziedend fris; gemeen; koel; kwaadwillig; luchtig; met slechte intentie; slecht; vals
amargado bitter; giftig; kwaad; nijdig; woedend; zeer boos bitter; bitter teleurgesteld; bitterachtig; felle; gebeten; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verbitterd; verkropt
con un humor de perros boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend erg boos; spinnijdig
disgustado boos; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; verbolgen; vertoornd bedrukt; gedrukt; mismoedig; mistroostig; moedeloos; neerslachtig; teneergeslagen; terneergeslagen; verdrietig
enfadado bitter; boos; furieus; gebelgd; giftig; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; verbolgen; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend aangebrand; gebelgd; gekwetst; gemeen; gemelijk; gepikeerd; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; giftig; knorrig; kwaadaardig; kwaadwillig; met slechte intentie; misnoegd; nurks; ontevreden; ontstemd; pissig; prikkelbaar; slecht; stuurs; vals; venijnig; verontwaardigd; verstoord; wrevelig
enfurecido bitter; boos; dol; furieus; giftig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; spinnijdig; tierend; toornig; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend kokend; ziedend
enojado bitter; boos; furieus; giftig; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend aangebrand; erg boos; gebelgd; gemeen; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; kregel; kwaadwillig; met slechte intentie; misnoegd; ontevreden; pissig; prikkelbaar; slecht; spinnijdig; vals
feroz boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend barbaars; beestachtig; bitter teleurgesteld; bruut; felle; gebeten; grimmig; inhumaan; monsterlijk; moorddadig; moordzuchtig; onberaden; onbesuisd; onderdrukt; ondoordacht; onmenselijk; onnadenkend; opgekropt; verbeten; verbitterd; verkropt; wreed
frenético boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend
furioso bitter; boos; dol; furieus; giftig; hels; kwaad; laaiend; nijdig; razend; spinnijdig; tierend; toornig; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend achterlijk; bitter teleurgesteld; driftig; erg boos; gebeten; gek; geschift; gestoord; grimmig; idioot; idioterig; kokend; krankjorum; krankzinnig; maf; mesjogge; niet goed snik; spinnijdig; stupide; verbeten; verbitterd; vergramd; ziedend; zot
indebidamente boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; slecht; vals
indignado boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend
mal boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend aan een ziekte lijdend; averechts; gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; min; misselijk; naar; onpasselijk; onwel; satanisch; scheefgegroeid; slecht; vals; verkeerd; ziek
malamente boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend gemeen; kwaadwillig; met slechte intentie; slecht; vals
malo boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend aan een ziekte lijdend; achterbaks; akelig; banaal; bedorven; bedriegelijk; beroerd; boefachtig; boosaardig; doortrapt; duivelachtig; duivels; ellendig; erg; ernstig; gangbaar; gebruikelijk; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gewoon; gluiperig; grof; in het geniep; kwaadaardig; kwaadwillig; kwalijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; met slechte intentie; min; naar; nagemaakt; normaal; onaardig; onecht; onedel; onhartelijk; onhebbelijk; onverdraagzaam; onvriendelijk; onwaar; onwelwillend; plat; platvloers; ploertig; rot; rottig; satanisch; schunnig; schurkachtig; slecht; slinks; sluw; snood; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; van bedenkelijke aard; vergaan; verrot; vunzig; week; ziek; zwak
muy enfadado bitter; giftig; kwaad; nijdig; woedend; zeer boos erg boos; spinnijdig
rabioso boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend bitter teleurgesteld; driftig; felle; fervent; gebeten; onderdrukt; ontstoken; ontvlamd; opgekropt; verbeten; verbitterd; verkropt; vurig
rudo boos; furieus; kwaad; nijdig; razend; spinnijdig; toornig; vertoornd; woest; ziedend bitter teleurgesteld; chagrijnig; felle; grof; guur; kil; knorrig; korzelig; laag-bij-de-grond; lomp; nors; nurks; onderdrukt; ongetemd; opgekropt; plat; platvloers; ruig; ruw; schofterig; schunnig; verbeten; verbitterd; verkropt; vunzig; wild; woest

Related Words for "kwaad":


Synonyms for "kwaad":


Antonyms for "kwaad":


Related Definitions for "kwaad":

  1. als je je opwindt omdat je hem ergens de schuld van geeft1
    • hij was erg kwaad op de man die hem aanreed1
  2. wat schade veroorzaakt en/of niet in orde is1
    • deze hond doet geen kwaad1

Wiktionary Translations for kwaad:


Cross Translation:
FromToVia
kwaad enojado; enfadado angry — displaying anger
kwaad colérico choleric — easily becoming angry
kwaad malo; mal; malévolo; maléfico; malvado; perverso evil — intending to harm
kwaad mal evil — evil
kwaad irritable grouchy — irritable; easily upset; angry; tending to complain
kwaad enfadado; enojado mad — angry
kwaad maligno malicious — Of, pertaining to, or as a result of malice or spite
kwaad enojado böse — von bösen Gefühlen, Gedanken erfüllt, verleitet, bestimmt; verärgert, wütend
kwaad malo bösemoralisch falsch, nicht gut; bösartig
kwaad malo schlecht — moralisch nicht akzeptabel
kwaad malo; mal mauvaisdéfavorable ; qui cause une impression défavorable.

External Machine Translations: