Noun | Related Translations | Other Translations |
anuncio
|
aangifte; aankondiging; afkondiging; bekendmaking; bevestiging; bewering; convocatie; declaratie; kennisgeving; mededeling; melding; opheldering; proclamatie; statement; toelichting; uitlegging; verklaring; verkondiging; verwittiging
|
aankondiging; advertentie; adverteren; afkondiging; annonce; annonceren; annoncering; bericht; commercial; decreet; het uitspreken; melding; memorandum; uitspraak; uitvaardiging
|
aviso
|
bekendmaking; bericht; boodschap; convocatie; gewag; informatie; kennisgeving; mededeling; melding; opgave; relaas; tijding; uitspraak; vermelding; verwittiging
|
aankondigen; aankondiging; aanschrijving; aanzeggen; aanzegging; afkondiging; bericht; decreet; herinnering; informeren; kennisgeven; kennisgeving; konde doen; melding; memorandum; opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitvaardiging; verduidelijking; verklaring; vermaning; waarschuwing
|
comunicación
|
aangifte; bekendmaking; bericht; bevestiging; bewering; boodschap; convocatie; declaratie; gewag; informatie; kennisgeving; mededeling; melding; opgave; opheldering; relaas; statement; tijding; toelichting; uitlegging; uitspraak; verklaring; vermelding; verwittiging
|
aaneenkoppeling; aaneensluiting; aankondiging; aansluiting; band; bereikbaarheid; bericht; communicatie; connectie; contact; het uitspreken; koppeling; liaison; link; melding; openbare publicatie; publicatie; publikatie; relatie; ruchtbaarheid; samenhang; uitgave; uitgifte; uiting; uitspraak; verband; verbinding
|
comunicado
|
aankondiging; afkondiging; bekendmaking; convocatie; kennisgeving; mededeling; melding; proclamatie; verkondiging; verwittiging
|
communiqué
|
información
|
aangifte; bekendmaking; bericht; bevestiging; bewering; boodschap; convocatie; declaratie; gewag; informatie; kennisgeving; mededeling; melding; opgave; opheldering; relaas; statement; tijding; toelichting; uitlegging; uitspraak; verklaring; vermelding; verwittiging
|
aankondigen; aankondiging; aanwijzing; bekendmaken; bericht; berichtgeving; het uitspreken; info; informatie; informeren; inlichting; kennisoverdracht; mededelingen; melden; melding; tip; uitspraak; verslaggeving; vingerwenk; vingerwijzing; voorlichting; wenk
|
informe
|
aangifte; aankondiging; afkondiging; bekendmaking; bevestiging; bewering; convocatie; declaratie; kennisgeving; mededeling; melding; opheldering; proclamatie; statement; toelichting; uitlegging; verklaring; verkondiging; verwittiging
|
aankondiging; bericht; blad; het uitspreken; informatie; journaal; kennisoverdracht; maandblad; magazine; melding; navraag; nieuws; opstel; periodiek; rapport; referaat; referentie; scriptie; tijdschrift; tijdspiegel; uitspraak; verslag; verwijzing; weekblad
|
mención
|
aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uitlegging; verklaring
|
aankondiging; bericht; het uitspreken; melding; ruchtbaarheid; toespeling; uiting; uitspraak; verwijzing
|
noticia
|
aangifte; aankondiging; afkondiging; bekendmaking; bericht; bevestiging; bewering; boodschap; convocatie; declaratie; gewag; kennisgeving; mededeling; melding; opgave; opheldering; proclamatie; relaas; statement; tijding; toelichting; uitlegging; uitspraak; verklaring; verkondiging; vermelding; verwittiging
|
bericht; het uitspreken; journaal; nieuws; tijding; uitspraak
|
notificación
|
aangifte; bekendmaking; bericht; bevestiging; bewering; boodschap; convocatie; declaratie; gewag; informatie; kennisgeving; mededeling; melding; opgave; opheldering; relaas; statement; tijding; toelichting; uitlegging; uitspraak; verklaring; vermelding; verwittiging
|
aankondigen; aankondiging; aanschrijving; aanzeggen; aanzegging; afkondiging; bekendmaking; bericht; claim; decreet; informeren; kennisgeven; kennisgeving; konde doen; melding; openbaarmaking; openbare publicatie; opheldering; proclamatie; publicatie; publikatie; toelichting; uiteenzetting; uitgave; uitgifte; uitleg; uitvaardiging; verduidelijking; verklaring
|
proclamación
|
aankondiging; afkondiging; bekendmaking; convocatie; kennisgeving; mededeling; melding; proclamatie; verkondiging; verwittiging
|
afkondiging; bekendmaking; openbaarmaking; openbare publicatie; proclamatie; publicatie; publikatie; uitgave; uitgifte
|
publicación
|
bekendmaking; bericht; boodschap; convocatie; gewag; kennisgeving; mededeling; melding; opgave; relaas; tijding; uitspraak; vermelding; verwittiging
|
afkondiging; artikel; bekendmaking; besteding; openbaarmaking; openbare publicatie; proclamatie; publicatie; publikatie; ruchtbaarheid; stuk; uitgave; uitgifte
|
revelación
|
convocatie; kennisgeving; mededeling; verwittiging
|
afkondiging; bekendmaking; onthulling; openbaarmaking; openbare publicatie; proclamatie; publicatie; publikatie; uitgave; uitgifte
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
informe
|
|
ongevormd; vormloos
|