Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. onregelmatigheid:
  2. onregelmatig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onregelmatigheid from Dutch to Spanish

onregelmatigheid:

onregelmatigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de onregelmatigheid (het onregelmatig-zijn)
    la irregularidad

Translation Matrix for onregelmatigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
irregularidad het onregelmatig-zijn; onregelmatigheid bobbel; grilligheid; hobbel; hobbeligheid; luimigheid; oneffenheid; ongelijkheid; ongeregeldheid; ruwheid; wispelturigheid

Related Words for "onregelmatigheid":


Wiktionary Translations for onregelmatigheid:


Cross Translation:
FromToVia
onregelmatigheid anomalía anomaly — something or someone that is strange or unusual

onregelmatigheid form of onregelmatig:


Translation Matrix for onregelmatig:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
fraudulento frauduleus; onregelmatig; onwetmatig bedrieglijk; gevaarlijk; hachelijk; illusoir; leugenachtig; misleidend; risicovol; riskant
ModifierRelated TranslationsOther Translations
contrario a la ley frauduleus; onregelmatig; onwetmatig illegaal; illegitiem; ongeoorloofd; onrechtmatig; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; verboden; wederrechtelijk
ilegal frauduleus; onregelmatig; onwetmatig illegaal; illegitiem; ongeoorloofd; onrechtmatig; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; verboden; verboden bij de wet; wederrechtelijk; zwart
ilegítimo frauduleus; onregelmatig; onwetmatig criminele; illegaal; illegitiem; ongeoorloofd; onrechtmatig; onwetmatig; onwettelijk; onwettig; verboden; wederrechtelijk; wederrechtelijke

Related Words for "onregelmatig":

  • onregelmatigheid, onregelmatiger, onregelmatigere, onregelmatigst, onregelmatigste, onregelmatige

Wiktionary Translations for onregelmatig:


Cross Translation:
FromToVia
onregelmatig inconstante; irregular erratic — unsteady, random; prone to unexpected changes; not consistent
onregelmatig irregular irregular — nonstandard