Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. onzijdigheid:
  2. onzijdig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onzijdigheid from Dutch to Spanish

onzijdigheid:

onzijdigheid [de ~ (v)] nomen

  1. de onzijdigheid (neutraliteit)
    la neutralidad

Translation Matrix for onzijdigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
neutralidad neutraliteit; onzijdigheid neutraliteit

Related Words for "onzijdigheid":


onzijdig:

onzijdig adj

  1. onzijdig (neutraal)
  2. onzijdig (geslachtloos)

Translation Matrix for onzijdig:

NounRelated TranslationsOther Translations
asexual aseksueel
ModifierRelated TranslationsOther Translations
asexual geslachtloos; onzijdig
neutro geslachtloos; neutraal; onzijdig gedeodoreerd; geurloos; reukloos

Related Words for "onzijdig":


Wiktionary Translations for onzijdig:


Cross Translation:
FromToVia
onzijdig neutro neuter — grammar: having a form which is not masculine nor feminine