Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. openlucht:


Dutch

Detailed Translations for openlucht from Dutch to Spanish

openlucht:

openlucht [de ~] nomen

  1. de openlucht (buitenlucht; lucht)
    el aire libre; el aire; la atmósfera

Translation Matrix for openlucht:

NounRelated TranslationsOther Translations
aire buitenlucht; lucht; openlucht aangezicht; aanzien; air; buitenkant; deun; gedaante; gelaat; melodie; type; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm; wijs
aire libre buitenlucht; lucht; openlucht
atmósfera buitenlucht; lucht; openlucht atmosfeer; dampkring; dampkring rond aarde; lucht; luchtmassa; sfeer