Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. rekbaarheid:
  2. rekbaar:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for rekbaarheid from Dutch to Spanish

rekbaarheid:

rekbaarheid [de ~ (v)] nomen

  1. de rekbaarheid (rek; veerkracht)
    la elasticidad; la correosidad

Translation Matrix for rekbaarheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
correosidad rek; rekbaarheid; veerkracht elasticiteit; rek; spankracht; veerkracht
elasticidad rek; rekbaarheid; veerkracht elasticiteit; rek; spankracht; veerkracht

Related Words for "rekbaarheid":


rekbaar:

rekbaar adj

  1. rekbaar (veerkrachtig; elastisch)

Translation Matrix for rekbaar:

NounRelated TranslationsOther Translations
elástico elastiek
flexible elektriciteitsdraad; snoer; snoertje
ModifierRelated TranslationsOther Translations
elástico elastisch; rekbaar; veerkrachtig buigbaar; buigzaam; flexibel; gedwee; gewillig; inschikkelijk; kneedbaar; lenig; meegaand; plooibaar; soepel; toegeeflijk; toegevend; verend; vormbaar; vouwbaar
flexible elastisch; rekbaar; veerkrachtig buigbaar; buigzaam; flexibel; gedwee; gewillig; inschikkelijk; kneedbaar; lenig; meegaand; plooibaar; soepel; toegeeflijk; toegevend; verend; vormbaar; vouwbaar

Related Words for "rekbaar":


Wiktionary Translations for rekbaar:


Cross Translation:
FromToVia
rekbaar flexible; elástico souple — Qui est flexible, qui se plier aisément sans se rompre, sans s’abîmer.