Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. ridderlijkheid:
  2. ridderlijk:


Dutch

Detailed Translations for ridderlijkheid from Dutch to Spanish

ridderlijkheid:

ridderlijkheid [de ~ (v)] nomen

  1. de ridderlijkheid
    la caballerosidad

Translation Matrix for ridderlijkheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
caballerosidad ridderlijkheid

Related Words for "ridderlijkheid":


ridderlijkheid form of ridderlijk:


Translation Matrix for ridderlijk:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
abierto attent; galant; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend aangebroken; benaderbaar; cru; frank; genaakbaar; geopend; met open vizier; niet dicht; onbevangen; onbewimpeld; onomwonden; ontsloten; ontvankelijk; onverbloemd; onverholen; open; openbaar; opengelegd; opengemaakt; opengesprongen; opengesteld; openhartig; openlijk; openstaand; oprecht; publiek; rechttoe; rechttoe rechtaan; rondborstig; ronduit; toegankelijk; vatbaar; volmondig; vrij; vrijelijk; vrijuit
ModifierRelated TranslationsOther Translations
abiertamente attent; galant; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend contemplatief; cru; eerlijk; fideel; gewoonweg; gladweg; niet dicht; onbewimpeld; onomwonden; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechttoe rechtaan; rondborstig; ronduit; trouwhartig; vrij; vrijelijk; vrijuit
cortés attent; galant; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend beschaafd; geciviliseerd; gecultiveerd; gepast; hoofs; keurig; netjes; ontwikkeld; op een aardige manier; vriendelijk; wellevend
cortésmente attent; galant; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend
galante attent; galant; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend hoofs
galantemente attent; galant; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend

Related Words for "ridderlijk":