Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. surveillanten:
  2. surveillant:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for surveillanten from Dutch to Spanish

surveillanten:


surveillant:

surveillant [de ~ (m)] nomen

  1. de surveillant (zaalchef)
    el mayordomo; el jefe de la sala; el camarero principal; el jefe del comedor

Translation Matrix for surveillant:

NounRelated TranslationsOther Translations
camarero principal surveillant; zaalchef
jefe de la sala surveillant; zaalchef
jefe del comedor surveillant; zaalchef
mayordomo surveillant; zaalchef hofmeester; huisbewaarder; huisknecht; huismeester; majordomus; scheepssteward

Related Words for "surveillant":


Wiktionary Translations for surveillant:

surveillant
noun
  1. iemand die tijdens een examen surveilleert