Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. wildheid:
  2. wild:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wildheid from Dutch to Spanish

wildheid:

wildheid [de ~ (v)] nomen

  1. de wildheid (woestheid)
    el salvajismo; el carácter salvaje

Translation Matrix for wildheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
carácter salvaje wildheid; woestheid
salvajismo wildheid; woestheid

Related Words for "wildheid":


wild:

wild adj

  1. wild (ongetemd; ruw; woest; ruig)

wild [het ~] nomen

  1. het wild
    la caza
  2. het wild

Translation Matrix for wild:

NounRelated TranslationsOther Translations
caza wild doodschieten; jacht; jachtliefhebber; jachtrit; jagen; jager; najagen; nastreven; neerleggen; neerschieten
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- woest
OtherRelated TranslationsOther Translations
animal de caza wild
ModifierRelated TranslationsOther Translations
indómito ongetemd; ruig; ruw; wild; woest onbedwingbaar; ontembaar; vrijgevochten
rudo ongetemd; ruig; ruw; wild; woest bitter teleurgesteld; boos; chagrijnig; felle; furieus; grof; guur; kil; knorrig; korzelig; kwaad; laag-bij-de-grond; lomp; nijdig; nors; nurks; onderdrukt; opgekropt; plat; platvloers; razend; schofterig; schunnig; spinnijdig; toornig; verbeten; verbitterd; verkropt; vertoornd; vunzig; woest; ziedend
tosco ongetemd; ruig; ruw; wild; woest aanmatigend; barbaars; beestachtig; bruut; dorps; gebrekkig; grof; grofgebouwd; inhumaan; knullig; krukkig; lomp; monsterlijk; onbeholpen; onbeschaamd; onbeschoft; ongegeneerd; ongelikt; onhandig; onmenselijk; respectloos; ruw; schofterig; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; uilachtig; wreed

Related Words for "wild":

  • wildheid, wilds, wilder, wildere, wildst, wildste

Synonyms for "wild":


Antonyms for "wild":


Related Definitions for "wild":

  1. dieren waar op gejaagd wordt1
    • hazen en fazanten horen bij het wild1
  2. niet aan mensen gewend, bang voor mensen1
    • er lopen veel wilde katten in Amsterdam1
  3. zoals voorkomt in de natuur1
    • dit zijn wilde rozen, ze worden niet gekweekt1
  4. zonder moderne beschaving1
    • er wonen nog twee wilde stammen in dat land1
  5. onbeheerst en ruw1
    • hij maakte allerlei wilde gebaren1

Wiktionary Translations for wild:

wild
adjective
  1. onbeschaafd, bruusk

Cross Translation:
FromToVia
wild fiero; feroz; ferino feral — wild, untamed, especially of domesticated animals having returned to the wild
wild feroz ferocious — Marked by extreme and violent energy
wild caza game — wild animals hunted for food
wild estrepitoso rambunctious — energetic and difficult to control
wild salvaje savage — Wild, not cultivated
wild salvaje; montaraz wild — not domesticated or tamed
wild presa gibier — chasse|fr animal sauvages comestibles qu’on prendre à la chasse.
wild salvaje sauvage — Se dit de certains animaux qui vivent en liberté dans les bois, dans le désert, etc.