Dutch
Detailed Translations for zich van iets ontdoen from Dutch to Spanish
zich van iets ontdoen:
-
zich van iets ontdoen (ontdoen)
desembarazar de; deshacerse de; desprenderse de-
desembarazar de verb
-
deshacerse de verb
-
desprenderse de verb
-
Translation Matrix for zich van iets ontdoen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
desembarazar de | ontdoen; zich van iets ontdoen | |
deshacerse de | ontdoen; zich van iets ontdoen | afschaffen; afscheiden; afstoten; afvoeren; bergen; eraf duwen; lozen; opruimen; uitscheiden; uitstoten; uitwerpen; van de hand doen |
desprenderse de | ontdoen; zich van iets ontdoen | bewaarheid worden; blijken; ontdoen van; uitkomen |