Dutch
Detailed Translations for aanzuiveren from Dutch to French
aanzuiveren:
-
aanzuiveren (nabetalen)
acquitter; régler; solder; payer; s'acquitter de-
acquitter verb (acquitte, acquittes, acquittons, acquittez, acquittent, acquittais, acquittait, acquittions, acquittiez, acquittaient, acquittai, acquittas, acquitta, acquittâmes, acquittâtes, acquittèrent, acquitterai, acquitteras, acquittera, acquitterons, acquitterez, acquitteront)
-
régler verb (règle, règles, réglons, réglez, règlent, réglais, réglait, réglions, régliez, réglaient, réglai, réglas, régla, réglâmes, réglâtes, réglèrent, réglerai, régleras, réglera, réglerons, réglerez, régleront)
-
solder verb (solde, soldes, soldons, soldez, soldent, soldais, soldait, soldions, soldiez, soldaient, soldai, soldas, solda, soldâmes, soldâtes, soldèrent, solderai, solderas, soldera, solderons, solderez, solderont)
-
payer verb (paye, payes, payons, payez, payent, payais, payait, payions, payiez, payaient, payai, payas, paya, payâmes, payâtes, payèrent, payerai, payeras, payera, payerons, payerez, payeront)
-
s'acquitter de verb
-
Conjugations for aanzuiveren:
o.t.t.
- zuiver aan
- zuivert aan
- zuivert aan
- zuiveren aan
- zuiveren aan
- zuiveren aan
o.v.t.
- zuiverde aan
- zuiverde aan
- zuiverde aan
- zuiverden aan
- zuiverden aan
- zuiverden aan
v.t.t.
- heb aangezuiverd
- hebt aangezuiverd
- heeft aangezuiverd
- hebben aangezuiverd
- hebben aangezuiverd
- hebben aangezuiverd
v.v.t.
- had aangezuiverd
- had aangezuiverd
- had aangezuiverd
- hadden aangezuiverd
- hadden aangezuiverd
- hadden aangezuiverd
o.t.t.t.
- zal aanzuiveren
- zult aanzuiveren
- zal aanzuiveren
- zullen aanzuiveren
- zullen aanzuiveren
- zullen aanzuiveren
o.v.t.t.
- zou aanzuiveren
- zou aanzuiveren
- zou aanzuiveren
- zouden aanzuiveren
- zouden aanzuiveren
- zouden aanzuiveren
diversen
- zuiver aan!
- zuivert aan!
- aangezuiverd
- aanzuiverende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze