Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Translate effenheid

Translate effenheid from Dutch to French

Summary

Dutch to French: more detail...

effenheid:
- fait d'être uni
effen:
- plat; lisse; égal; tout net; sans égards; uniformément; sans détours; sans cérémonies; uniforme; uni
Wiktionary:
- effen → lisse, plat

Dutch

Detailed Translations for effenheid from Dutch to French

effenheid:

effenheid [znw.] nomen

effenheid (vlakheid)
le fait d'être uni
- fait d'être uni [le ~] nomen

Translation Matrix for effenheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
fait d'être uni	effenheid; vlakheid

Related Words for "effenheid":

effen

effen:

effen adj

effen (vlak; gelijk; egaal; glad; geslepen; strak; plat; vlakuit)
plat; lisse; égal; tout net; sans égards; uniformément; sans détours; sans cérémonies; uniforme
- plat adj
- lisse adj
- égal adj
- tout net adj
- sans égards adj
- uniformément adj
- sans détours adj
- sans cérémonies adj
- uniforme adj
effen (van één kleur)
uni
- uni adj

Translation Matrix for effen:

Noun	Related Translations	Other Translations
lisse		schering
plat		diner; eten; etensbakje; gerecht; kost; kosten; maal; maaltijd; onkosten; plaat; presenteerblaadje; schotel; schoteltje; trog; uitgaaf; uitgaven; voederkrib; voedertrog; voedingsmiddelen; voedsel
uniforme		tenue; uniform
égal		gelijke; weerga
Modifier	Related Translations	Other Translations
lisse	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	glad neerliggend; sluik
plat	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	eenvormig; glad neerliggend; sluik; uniform
sans cérémonies	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	botweg
sans détours	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	bot; botweg; cru; direct; eerlijk; fideel; kaarsrecht; kernachtig; kortaf; lijnrecht; loodrecht; met open vizier; onbewimpeld; ongezouten; onomwonden; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; platweg; raak; recht; rechttoe rechtaan; rondborstig; ronduit; trouwhartig; vrij; vrijelijk; vrijuit; zonder omhaal; zonder omwegen
sans égards	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	botweg
tout net	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	bot; botweg; gladaf; kortaf; zonder omhaal
uni	effen; van één kleur	aaneengeregen; aaneengesloten; een eenheid vormend; eendrachtig; eensgezind; harmonieus; saamhorig; samenhangend; verbonden; verenigd
uniforme	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	compatibel; eender; eenvormig; exact hetzelfde; geheel gelijk; gelijk; gelijkslachtig; gelijkvormig; hetzelfde; homogeen; identiek; net zo; uniform; verenigbaar
uniformément	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	eenvormig; uniform
égal	effen; egaal; gelijk; geslepen; glad; plat; strak; vlak; vlakuit	analoog; congruent; desgelijks; dito; eender; eenvormig; evenzo; exact hetzelfde; geheel gelijk; gelijk; gelijkaardig; gelijkslachtig; gelijksoortig; hetzelfde; idem; idem dito; identiek; net zo; om het even; ook; op dezelfde wijze; precies hetzelfde; precies zo; soortgelijk; uniform

Related Words for "effen":

effenheid

Wiktionary Translations for effen:

effen

adjective

Sans aspérité ni rayure.
- lisse → effen; gelijk; glad; sluik; zonder moeilijkheden; vlot
sans relief.
- plat → plat; slap; effen; gelijk; vlak

External Machine Translations: