Dutch
Detailed Translations for innoverend from Dutch to French
innoverend:
-
innoverend (vernieuwend)
Translation Matrix for innoverend:
Noun | Related Translations | Other Translations |
innovateur | modernist; nieuwlichter; vernieuwer | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
innovant | innoverend; vernieuwend | |
innovateur | innoverend; vernieuwend | baanbrekend; revolutionair |
innovatrice | innoverend; vernieuwend |
innoverend form of innoveren:
-
innoveren
restaurer; rénover; remettre en état; réhabiliter-
restaurer verb (restaure, restaures, restaurons, restaurez, restaurent, restaurais, restaurait, restaurions, restauriez, restauraient, restaurai, restauras, restaura, restaurâmes, restaurâtes, restaurèrent, restaurerai, restaureras, restaurera, restaurerons, restaurerez, restaureront)
-
rénover verb (rénove, rénoves, rénovons, rénovez, rénovent, rénovais, rénovait, rénovions, rénoviez, rénovaient, rénovai, rénovas, rénova, rénovâmes, rénovâtes, rénovèrent, rénoverai, rénoveras, rénovera, rénoverons, rénoverez, rénoveront)
-
remettre en état verb
-
réhabiliter verb (réhabilite, réhabilites, réhabilitons, réhabilitez, réhabilitent, réhabilitais, réhabilitait, réhabilitions, réhabilitiez, réhabilitaient, réhabilitai, réhabilitas, réhabilita, réhabilitâmes, réhabilitâtes, réhabilitèrent, réhabiliterai, réhabiliteras, réhabilitera, réhabiliterons, réhabiliterez, réhabiliteront)
-
Conjugations for innoveren:
o.t.t.
- innoveer
- innoveert
- innoveert
- innoveren
- innoveren
- innoveren
o.v.t.
- innoveerde
- innoveerde
- innoveerde
- innoveerden
- innoveerden
- innoveerden
v.t.t.
- heb geïnnoveerd
- hebt geïnnoveerd
- heeft geïnnoveerd
- hebben geïnnoveerd
- hebben geïnnoveerd
- hebben geïnnoveerd
v.v.t.
- had geïnnoveerd
- had geïnnoveerd
- had geïnnoveerd
- hadden geïnnoveerd
- hadden geïnnoveerd
- hadden geïnnoveerd
o.t.t.t.
- zal innoveren
- zult innoveren
- zal innoveren
- zullen innoveren
- zullen innoveren
- zullen innoveren
o.v.t.t.
- zou innoveren
- zou innoveren
- zou innoveren
- zouden innoveren
- zouden innoveren
- zouden innoveren
en verder
- is geïnnoveerd
diversen
- innoveer!
- innoveert!
- geïnnoveerd
- innoverend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze