Summary
Dutch to French: more detail...
- dagen:
-
Wiktionary:
- dagen → apparaître, luire
- dagen → se lever, naître
-
User Contributed Translations for dagen:
- jours
Dutch
Detailed Translations for dagen from Dutch to French
dagen:
-
dagen (aanbreken van de dag)
-
dagen (voor het gerecht roepen; voor het gerecht ontbieden; voor het gerecht dagen)
citer; assigner; intimer-
citer verb (cite, cites, citons, citez, citent, citais, citait, citions, citiez, citaient, citai, citas, cita, citâmes, citâtes, citèrent, citerai, citeras, citera, citerons, citerez, citeront)
-
assigner verb (assigne, assignes, assignons, assignez, assignent, assignais, assignait, assignions, assigniez, assignaient, assignai, assignas, assigna, assignâmes, assignâtes, assignèrent, assignerai, assigneras, assignera, assignerons, assignerez, assigneront)
-
intimer verb (intime, intimes, intimons, intimez, intiment, intimais, intimait, intimions, intimiez, intimaient, intimai, intimas, intima, intimâmes, intimâtes, intimèrent, intimerai, intimeras, intimera, intimerons, intimerez, intimeront)
-
Conjugations for dagen:
o.t.t.
- daag
- daagt
- daagt
- dagen
- dagen
- dagen
o.v.t.
- daagde
- daagde
- daagde
- daagden
- daagden
- daagden
v.t.t.
- heb gedaagd
- hebt gedaagd
- heeft gedaagd
- hebben gedaagd
- hebben gedaagd
- hebben gedaagd
v.v.t.
- had gedaagd
- had gedaagd
- had gedaagd
- hadden gedaagd
- hadden gedaagd
- hadden gedaagd
o.t.t.t.
- zal dagen
- zult dagen
- zal dagen
- zullen dagen
- zullen dagen
- zullen dagen
o.v.t.t.
- zou dagen
- zou dagen
- zou dagen
- zouden dagen
- zouden dagen
- zouden dagen
en verder
- ben gedaagd
- bent gedaagd
- is gedaagd
- zijn gedaagd
- zijn gedaagd
- zijn gedaagd
diversen
- daag!
- daagt!
- gedaagd
- dagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze