Noun | Related Translations | Other Translations |
bonhomme
|
|
baasje; klein kereltje; ventje
|
léthargique
|
|
lethargie
|
traînard
|
|
achterblijver; achtergeblevene; draler; drukster; hannes; lijntrekster; sijsjeslijmer; slak; slome; sukkel; talmer; teut; treuzel; treuzelaar; treuzelkous; uitvaller; zoutzak
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
bonhomme
|
bezadigd; gezapig; sloom
|
geschikt; tof
|
doux
|
bezadigd; gezapig; sloom
|
bevallig; bijzonder aangenaam; clement; genadig; goedhartig; lief; mak; mild; vergevingsgezind; verzoenend; welwillend; zacht; zacht aanvoelend; zachtaardig; zoet; zoetsmakend
|
indolent
|
langzaam; sloom; traag
|
futloos; gemakzuchtig; hangerig; laks; lamlendig; lijzig; log; loom; lui; lusteloos; mat; niets doend; slap; vadsig; werkeloos; werkloos
|
lent
|
langzaam; sloom; traag
|
futloos; lamlendig; lusteloos; mat; slap
|
lentement
|
bezadigd; gezapig; sloom
|
futloos; lamlendig; lusteloos; mat; slap
|
léthargique
|
bezadigd; gezapig; sloom
|
apathisch; inactief; lethargisch
|
mollasse
|
bezadigd; gezapig; sloom
|
kwabbig; lillend
|
traînard
|
langzaam; sloom; traag
|
|