Dutch

Detailed Translations for vriendelijkheid from Dutch to French

vriendelijkheid:


vriendelijkheid form of vriendelijk:

vriendelijk adj

  1. vriendelijk (hartelijk; minnelijk)
    – met zorg en aandacht voor anderen 1
  2. vriendelijk (goedaardig; aardig; goedhartig; )
  3. vriendelijk (op een aardige manier)

Translation Matrix for vriendelijk:

NounRelated TranslationsOther Translations
bon bon; coupon; tegoedbon; waardebon
civil burger; staatsburger
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- aardig; attent
ModifierRelated TranslationsOther Translations
accueillant aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aardig; bevallig; charmant; leuk; lief; prettig; sympathiek
affable aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig bedaard; charmant; gelijkmoedig; genegenheid opwekkend; goedwillig; innemend; kalm; minzaam; rustig; welwillend
affablement aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig goedwillig; welwillend
affectueux hartelijk; minnelijk; vriendelijk aanhankelijk; bemind; bevallig; dierbaar; geliefd; lief; liefhebbend; toegenegen
agréable aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aangenaam; behaaglijk; comfortabel; eenvoudig; fijn; gemakkelijk; genoeglijk; geriefelijk; geschikt; gezellig; heugelijk; heuglijk; huiselijk; knus; knusjes; lekker; leuk; licht; makkelijk; niet moeilijk; plezant; plezierig; prettig; simpel; tof; verblijdend; welkom
agréablement aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aangenaam; behaaglijk; comfortabel; fijn; gemakkelijk; genoeglijk; geriefelijk; geschikt; gezellig; huiselijk; knus; knusjes; lekker; leuk; plezant; plezierig; prettig; tof
aimable aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hartelijk; hulpvaardig; minnelijk; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aangenaam; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; alleraardigst; allerliefst; amicaal; attractief; bedaard; behaaglijk; bekoorlijk; beminnelijk; bevallig; charmant; dottig; enig; fijn; gelijkmoedig; geschikt; kalm; kameraadschappelijk; knap; lekker; leuk; lief; mooi; plezant; plezierig; prettig; rustig; schattig; snoeperig; snoezig; sympathiek; tof; vertederend; vriendelijke; vriendschappelijk
aimablement aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hartelijk; hulpvaardig; minnelijk; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aangenaam; aardig; amicaal; behaaglijk; bevallig; charmant; fijn; geschikt; kameraadschappelijk; leuk; lief; plezant; plezierig; prettig; sympathiek; tof; vriendelijke; vriendschappelijk
amical aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hartelijk; hulpvaardig; minnelijk; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aardig; amicaal; bedaard; bevallig; charmant; collegiaal; gelijkmoedig; kalm; kameraadschappelijk; leuk; lief; prettig; rustig; sympathiek; vriendelijke; vriendschappelijk
amicalement aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hartelijk; hulpvaardig; minnelijk; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aardig; amicaal; bedaard; bevallig; charmant; gelijkmoedig; kalm; kameraadschappelijk; leuk; lief; prettig; rustig; sympathiek; vriendelijke; vriendschappelijk
attentif aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aandachtig; alert; attent; belangstellend; galant; geïnteresseerd; hoede; hoffelijk; oplettend; opmerkzaam; paraat; ridderlijk; voorkomend; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; zorgvuldig
attentionné aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aandachtig; alert; attent; belangstellend; dienstwillig; galant; gedienstig; geïnteresseerd; hoede; hoffelijk; paraat; ridderlijk; voorkomend; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend
attentivement aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aandachtig; alert; belangstellend; geïnteresseerd; hoede; met een scherp oog; nauwlettend; oplettend; opmerkzaam; paraat; voorzichtig; waaks; waakzaam; wakend; zorgvuldig
avec bienveillance op een aardige manier; vriendelijk barmhartig; bereidvaardig; bereidwillig; genaderijk; genegen; goedgunstig; goedwillig; vergevend; vriendelijke; welwillend
bien disposé op een aardige manier; vriendelijk genegen; goed geluimd; goedgezind; goedgunstig; gunstig gezind; vriendelijke; welgestemd; welgezind; welwillend
bienveillant hartelijk; minnelijk; op een aardige manier; vriendelijk barmhartig; bereidvaardig; bereidwillig; genaderijk; genegen; goedgezind; goedgunstig; goedwillig; gunstig gezind; tegemoetkomend; toeschietelijk; vergevend; vriendelijke; welgezind; welwillend
bon aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aanlokkelijk; adequaat; akkoord; bekwaam; braaf; capabel; competent; eerlijk; gepast; geschikt; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; heerlijk; hemels; in orde; juist; kostelijk; lekker; mee eens; mild; overheerlijk; passend; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig; reuzelekker; smakelijk; tof; verlokkend; verrukkelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig; zalig
brave aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig beslist; dapper; doortastend; ferm; gemoedelijk; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; heldhaftig; heroïsch; joviaal; kloek; kordaat; krachtdadig; krachtig; mild; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig
chaleureuse hartelijk; minnelijk; vriendelijk geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden
chaleureusement hartelijk; minnelijk; vriendelijk geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden
chaleureux hartelijk; minnelijk; vriendelijk geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden
charmant aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aanbiddelijk; aangenaam; aanlokkelijk; aantrekkelijk; aanvallig; aardig; aimabel; allerliefst; attractief; begeerenswaardig; behaaglijk; bekoorlijk; bevallig; charmant; dottig; elegant; enig; fijn; genegenheid opwekkend; gracieus; innemend; knap; leuk; lief; lieflijk; lieftallig; minzaam; mooi; oogstrelend; plezant; plezierig; prettig; schattig; sierlijk; snoezig; uitlokkend; uitnodigend; verleidelijk; verlokkend; verrukkelijk; vertederend; verzoekend
civil op een aardige manier; vriendelijk attent; beleefd; beschaafd; civiel; galant; gemanierd; hoffelijk; ridderlijk; voorkomend; wellevend; welopgevoed
civilement op een aardige manier; vriendelijk beschaafd; geciviliseerd; gecultiveerd; ontwikkeld
convenable aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aanzienlijk; adequaat; behoorlijke; beschaafd; betamelijk; billijk; decent; deftig; deugdzaam; eerbaar; eerzaam; elegant; fatsoenlijk; fier; gepast; gepaste; geschikt; geschikte; geëigend; goedschiks; hebbelijk; indrukwekkend; juist; keurig; majestueus; manierlijk; naar behoren; netjes; nobel; ordentelijk; parmant; parmantig; passend; passende; plechtig; plechtstatig; redelijk; redelijke; schappelijk; sierlijk; statig; tamelijke; tof; trots; voegzaam; vorstelijk; welgemanierd; welgevoeglijk; welopgevoed; welvoeglijk; zedig
cordial hartelijk; minnelijk; vriendelijk hartelijk
cordialement hartelijk; minnelijk; vriendelijk hartelijk
courtois op een aardige manier; vriendelijk attent; beleefd; beschaafd; fatsoenlijk; galant; geciviliseerd; gecultiveerd; gemanierd; hoffelijk; hoofs; netjes; ontwikkeld; ridderlijk; voorkomend; welgemanierd; wellevend; welopgevoed
courtoisement op een aardige manier; vriendelijk beleefd; beschaafd; geciviliseerd; gecultiveerd; gemanierd; ontwikkeld; voorkomend; wellevend; welopgevoed
empressé aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig dienstbaar; dienstwillig; gedwee; gewillig; inschikkelijk; meegaand; soepel; toegeeflijk; toegevend; willig
favorable op een aardige manier; vriendelijk batig; bevorderlijk; dienstig; gelukkig; genegen; goedgezind; goedgunstig; goedkeurend; gunstig; gunstig gezind; gunstige; instemmend; positief; toestemmend; tot nut; veelbelovende; voorspoedig; voorspoedige; vriendelijke; welgezind; welwillend
galant op een aardige manier; vriendelijk attent; beleefd; beschaafd; galant; geciviliseerd; gecultiveerd; gemanierd; hoffelijk; ontwikkeld; ridderlijk; voorkomend; wellevend; welopgevoed
gentil aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aardig; allerliefst; amicaal; bedaard; bevallig; bijzonder aangenaam; charmant; dottig; enig; gelijkmoedig; geschikt; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; kalm; kalmpjes; kameraadschappelijk; leuk; lief; mild; onbewogen; prettig; rustig; schattig; sereen; snoezig; sympathiek; tof; vertederend; vriendelijke; vriendschappelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig
gentiment aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig aardig; amicaal; bevallig; charmant; geschikt; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; kameraadschappelijk; leuk; lief; mild; prettig; sympathiek; tof; vriendelijke; vriendschappelijk; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig
honnête aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig braaf; cru; decent; degelijk; deugdelijk; deugdzaam; echt; eerbaar; eerlijk; fair; fatsoenlijk; fideel; gedegen; geschikt; kuis; lief; manierlijk; menens; netjes; ongeveinsd; onomwonden; onverbloemd; onverholen; open; openhartig; openlijk; oprecht; rechtdoorzee; rechtgeaard; rechtschapen; rechttoe rechtaan; rechtvaardig; rondborstig; ronduit; tof; trouwhartig; van goede hoedanigheid; voorbeeldig; welvoeglijk; zedig; zoet
indulgent op een aardige manier; vriendelijk aanspreekbaar; barmhartig; benaderbaar; clement; gedwee; genaakbaar; genaderijk; genadig; gewillig; inschikkelijk; lankmoedig; medelevend; meegaand; meelevend; meevoelend; ruimhartig; soepel; toegankelijk; toegeeflijk; toegevend; toeschietelijk; tolerant; verdraagzaam; vergevend; vergevingsgezind; verzoenend
obligeant aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig behulpzaam; bereidvaardig; bereidwillig; bijzonder aangenaam; dienstbaar; dienstwillig; gedienstig; gehoorzaam; gewillig; goedwillig; inschikkelijk; medelevend; meelevend; meevoelend; ruimhartig; tegemoetkomend; toeschietelijk; verplichtend; welwillend; willig
plein d'égards aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig
poli op een aardige manier; vriendelijk afgeslepen; attent; beleefd; beschaafd; fatsoenlijk; galant; geciviliseerd; gecultiveerd; gemanierd; gepoetst; gepolijst; geslepen; gladgemaakt; gladgeslepen; hoffelijk; netjes; ontwikkeld; opgepoetst; ridderlijk; voorkomend; welgemanierd; wellevend; welopgevoed
poliment op een aardige manier; vriendelijk beleefd; beschaafd; geciviliseerd; gecultiveerd; gemanierd; ontwikkeld; voorkomend; wellevend; welopgevoed
prévenant aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; hulpvaardig; op een aardige manier; plezierig; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig beleefd; beschaafd

Related Words for "vriendelijk":


Synonyms for "vriendelijk":


Antonyms for "vriendelijk":


Related Definitions for "vriendelijk":

  1. met zorg en aandacht voor anderen1
    • het was vriendelijk van hem de deur open te houden1

Wiktionary Translations for vriendelijk:

vriendelijk
adjective
  1. met het nodige respect
vriendelijk
adjective
  1. Personne aimable et bienveillante à qui on peut parler (qui écouter et comprendre).
  2. Qui mériter d’aimer.
  3. agréable, attrayant.
  4. courageux ; vaillant
  5. bon, gentil, bienveillant.
  6. agréable, charmant, mignon, aimable. Qui a une certaine grâce, un certain agrément délicat.
  7. Qui a de la vaillance, qui est courageux.

Cross Translation:
FromToVia
vriendelijk amicale; aimable; gentil; gentille; amical friendly — warm, approachable
vriendelijk amical; gentille; gentil; aimable; amicale friendly — characteristic of friendliness
vriendelijk gentiment; aimablement; amicalement friendly — in a friendly manner
vriendelijk gentillement; aimablement kindly — in a kind manner
vriendelijk sympathique; sympa; doux sweet — having a pleasing disposition
vriendelijk gentil; aimable; affable freundlich — im Umgang mit einer anderen Person höflich und zuvorkommend