French
Detailed Translations for convex from French to Dutch
convex: (*Using Word and Sentence Splitter)
- con: kut; lul; lid; penis; piemel; pik; roede; hond; klootzak; eikel; schobbejak; schoelje; hoerenjong; kuttenkop; loeder; ploert; pleurislijer; pleurislijder; nietsnut; lapzwans; lamzak; lijntrekker; geitenbreier; leegloper; lanterfanter; slampamper; lammeling; slapkous; smeerlap; schoft; rotzak; stinkerd; smiecht; mispunt; fielt; naarling; oetlul; lullig; etter; etterbak; kaffer; rotvent; snertvent; sodemieter
- vexé: geirriteerd; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; stuurs; beledigd; levendig; ontevreden; prikkelbaar; verhit; aangebrand; pissig; misnoegd; gebelgd; geagiteerd; beledigde