Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. scherf:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for scherf from Dutch to French

scherf:

scherf [de ~] nomen

  1. de scherf (splinter; diggel)
    l'écharde; l'éclat de bois; le fragment; le morceau; le tesson; l'éclat; l'éclisse

Translation Matrix for scherf:

NounRelated TranslationsOther Translations
fragment diggel; scherf; splinter brokstuk; deel; fractie; fragment; gedeelte; klompje; klontertje; klontje; part; reepje; stuk; wrakstuk
morceau diggel; scherf; splinter aandeel; basisbestanddeel; bestanddeel; boterham; brok; brokstuk; component; deel; deeltje; element; fractie; ingrediënt; klompje; klont; klonter; klontertje; klontje; onderdeel; onderdeeltje; part; plak brood; segment; snee; sneetje; stuk; suikerklontje; wrakstuk
tesson diggel; scherf; splinter
écharde diggel; scherf; splinter
éclat diggel; scherf; splinter blinken; deining; dreun; emotionele uitval; flakker; flakkering; flikkering; flonkering; fonkeling; geflikker; gefonkel; geglinster; glans; glanzen; glimmen; glinstering; gloed; haarkrul; klap; knal; krul; kwak; luister; ontlading; ophef; plotselinge uitbarsting; schijn; schitteren; schittering; smak; uitbarsten; uitbarsting; uitval; vonk; vulkaanuitbarsting
éclat de bois diggel; scherf; splinter houtkrul; houtkrullen; houtspaander; reepje; spaan
éclisse diggel; scherf; splinter chip; lasijzer; lasplaat; spalk

Related Words for "scherf":

  • scherven

Wiktionary Translations for scherf:

scherf
Cross Translation:
FromToVia
scherf écharde Splitter — Bruchstück aus einem harten Material, zum Beispiel Holz, Glas, Metall