Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. wedstrijd:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wedstrijd from Dutch to French

wedstrijd:

wedstrijd [de ~ (m)] nomen

  1. de wedstrijd (partij; concours; strijd; pot)
    la compétition; le match; le concours; la course; le jeu; la rencontre

Translation Matrix for wedstrijd:

NounRelated TranslationsOther Translations
compétition concours; partij; pot; strijd; wedstrijd competitie; concurrentie; mededingers; rivaliteit; wedijver
concours concours; partij; pot; strijd; wedstrijd concoursen; coöperatie; medewerking; samenloop; strijden; toedoen; vechten; wedstrijden
course concours; partij; pot; strijd; wedstrijd hardloopwedstrijd; hardloperij; loop; race; ritprijs; wedloop; wedloop van hardlopers; wedren
jeu concours; partij; pot; strijd; wedstrijd beurt; game; marge; partijtje; potje; rondje; speelruimte; speelwijze; spel; speling; spelletje; stapel; wedstrijdje
match concours; partij; pot; strijd; wedstrijd match; partijtje; potje; spel; wedstrijdje
rencontre concours; partij; pot; strijd; wedstrijd ontmoeting; treffen

Related Words for "wedstrijd":


Related Definitions for "wedstrijd":

  1. strijd tussen mensen of groepen waar een winnaar uit moet komen1
    • wie heeft de voetbalwedstrijd gewonnen?1

Wiktionary Translations for wedstrijd:

wedstrijd
noun
  1. action de tendre vers un même but, de coopérer.
  2. (sport) angl|fr lutte entre deux concurrents ou deux équipes, rencontre (sportive).

Cross Translation:
FromToVia
wedstrijd compétition; concours contest — competition
wedstrijd partie; jeu game — contest between two individuals or teams
wedstrijd match match — sporting event

External Machine Translations:

Related Translations for wedstrijd