Dutch
Detailed Translations for wegzetten from Dutch to French
wegzetten:
-
wegzetten (bewaren; opzij leggen)
garder; ranger; mettre de côté-
garder verb (garde, gardes, gardons, gardez, gardent, gardais, gardait, gardions, gardiez, gardaient, gardai, gardas, garda, gardâmes, gardâtes, gardèrent, garderai, garderas, gardera, garderons, garderez, garderont)
-
ranger verb (range, ranges, rangeons, rangez, rangent, rangeais, rangeait, rangions, rangiez, rangeaient, rangeai, rangeas, rangea, rangeâmes, rangeâtes, rangèrent, rangerai, rangeras, rangera, rangerons, rangerez, rangeront)
-
mettre de côté verb
-
Conjugations for wegzetten:
o.t.t.
- zet weg
- zet weg
- zet weg
- zetten weg
- zetten weg
- zetten weg
o.v.t.
- zette weg
- zette weg
- zette weg
- zetten weg
- zetten weg
- zetten weg
v.t.t.
- heb weggezet
- hebt weggezet
- heeft weggezet
- hebben weggezet
- hebben weggezet
- hebben weggezet
v.v.t.
- had weggezet
- had weggezet
- had weggezet
- hadden weggezet
- hadden weggezet
- hadden weggezet
o.t.t.t.
- zal wegzetten
- zult wegzetten
- zal wegzetten
- zullen wegzetten
- zullen wegzetten
- zullen wegzetten
o.v.t.t.
- zou wegzetten
- zou wegzetten
- zou wegzetten
- zouden wegzetten
- zouden wegzetten
- zouden wegzetten
diversen
- zet weg!
- zet weg!
- weggezet
- wegzettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze