Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Search: filiaal

Dutch and French Search Results for: filiaal

Summary

Dutch to French: more detail...

filiaal:
- succursale; agence; bureau auxiliaire; dépendance; filiale
Wiktionary:
- filiaal → succursale
- filiaal → filiale, succursale, agence

Dutch

Detailed Translations for filiaal from Dutch to French

filiaal:

filiaal [het ~] nomen

het filiaal (bijkantoor; hulpkantoor; agentschap)
la succursale; l'agence; le bureau auxiliaire; la dépendance
- succursale [la ~] nomen
- agence [la ~] nomen
- bureau auxiliaire [le ~] nomen
- dépendance [la ~] nomen
het filiaal
la succursale
- succursale [la ~] nomen
het filiaal
filiale
- filiale nomen

Translation Matrix for filiaal:

Noun	Related Translations	Other Translations
agence	agentschap; bijkantoor; filiaal; hulpkantoor	agentschap; agentuur; bureaus; kantoren
bureau auxiliaire	agentschap; bijkantoor; filiaal; hulpkantoor
dépendance	agentschap; bijkantoor; filiaal; hulpkantoor	afhankelijkheid; ander filiaal; bijgebouw; dependance; gewenning; horigheid; verslaafdheid; verslaving
filiale	filiaal	dochteronderneming
succursale	agentschap; bijkantoor; filiaal; hulpkantoor	agentschap; agentuur; filiaalbedrijf

Related Words for "filiaal":

filiaaltje, filiaaltjes

Wiktionary Translations for filiaal:

filiaal

noun

een pand in een reeks van panden
- filiaal → succursale

filiaal

noun

Tout établissement subordonner à un autre et créer pour le seconder.
- succursale → filiaal

Cross Translation:

From	To	Via
• filiaal	→ filiale	↔ branch — office of an organization with several locations
• filiaal	→ filiale	↔ subsidiary — company owned by a parent company or a holding company
• filiaal	→ succursale; agence	↔ Filiale — Zweigstelle

Related Translations for filiaal

ander filiaal