Dutch

Detailed Translations for nota from Dutch to French

nota:

nota [de ~] nomen

  1. de nota (factuur; rekening)
    – papier waar op staat wat je hebt ontvangen en wat je moet betalen 1
    la facture; l'addition; la note de frais; la note; la déclaration; le mémoire des frais

Translation Matrix for nota:

NounRelated TranslationsOther Translations
addition factuur; nota; rekening aaneenschakeling; aanhangsel; aantekening; aanvulling; addendum; appendix; bijmenging; bijtelling; bijvoegen; bijvoeging; bijvoegsel; completering; notitie; optelling; optelsom; samentelling; samentrekking; samenvoeging; som; supplement; suppletie; tel; tellen; toevoegen; toevoeging; toevoegsel; uitbreiding; voltooiing; vulling; vulsel; vulstof
déclaration factuur; nota; rekening aangeven; aangifte; aanschrijving; aantekening; aanzegging; declaratie; getuigenis; getuigenverklaring; het uitspreken; inklaren; inklaring; inklaringspapier; kennisgeving; melding; meningsuiting; notitie; oordeelvelling; testimonium; uiting; uitlating; uitspraak; verklaring; vonnis
facture factuur; nota; rekening aantekening; in rekening brengen; kassabon; kwitantie; notitie
mémoire des frais factuur; nota; rekening aantekening; notitie
note factuur; nota; rekening aantekening; annotatie; beoordelingscijfer; briefje; cijfer; intonatie; kattebelletje; kladbriefje; kladje; klank; klankgeluid; klankkleur; klanktint; krabbel; krabbelbriefje; memorandum; noot; notitie; opschrijving; proces verbaal; punt; rapport; rapportcijfer; schoolcijfer; schrijfsel; timbre; toon; verklaring; voetnoot; zakelijke notitie
note de frais factuur; nota; rekening aantekening; declaratie; notitie; onkostendeclaratie
- factuur; rekening

Related Words for "nota":

  • notaatje, notaatjes

Synonyms for "nota":


Related Definitions for "nota":

  1. papier waar op staat wat je hebt ontvangen en wat je moet betalen1
    • we hebben de nota van de schoolboeken ontvangen1
  2. officiële schriftelijke verklaring waar een mening in staat1
    • een nota van het ministerie van Defensie1

Wiktionary Translations for nota:

nota
Cross Translation:
FromToVia
nota rapport Bericht — Text, der einen Sachverhalt oder eine Handlung objektiv schildert
nota facture RechnungHandel: schriftliche Kostenforderung für erhaltene Waren oder Dienstleistungen

Related Translations for nota



French

Detailed Translations for nota from French to Dutch

nota:


noter:

noter verb (note, notes, notons, notez, )

  1. noter (enregister; register; consigner; )
    boeken; noteren; vastleggen; registreren; opschrijven; optekenen
    • boeken verb (boek, boekt, boekte, boekten, geboekt)
    • noteren verb (noteer, noteert, noteerde, noteerden, genoteerd)
    • vastleggen verb (leg vast, legt vast, legde vast, legden vast, vastgelegd)
    • registreren verb (registreer, registreert, registreerde, registreerden, geregistreerd)
    • opschrijven verb (schrijf op, schrijft op, schreef op, schreven op, opgeschreven)
    • optekenen verb (teken op, tekent op, tekende op, tekenden op, opgetekend)
  2. noter (inscrire; déclarer)
    noteren; opschrijven
    • noteren verb (noteer, noteert, noteerde, noteerden, genoteerd)
    • opschrijven verb (schrijf op, schrijft op, schreef op, schreven op, opgeschreven)
  3. noter (consigner)
    optekenen
    • optekenen verb (teken op, tekent op, tekende op, tekenden op, opgetekend)

Conjugations for noter:

Présent
  1. note
  2. notes
  3. note
  4. notons
  5. notez
  6. notent
imparfait
  1. notais
  2. notais
  3. notait
  4. notions
  5. notiez
  6. notaient
passé simple
  1. notai
  2. notas
  3. nota
  4. notâmes
  5. notâtes
  6. notèrent
futur simple
  1. noterai
  2. noteras
  3. notera
  4. noterons
  5. noterez
  6. noteront
subjonctif présent
  1. que je note
  2. que tu notes
  3. qu'il note
  4. que nous notions
  5. que vous notiez
  6. qu'ils notent
conditionnel présent
  1. noterais
  2. noterais
  3. noterait
  4. noterions
  5. noteriez
  6. noteraient
passé composé
  1. ai noté
  2. as noté
  3. a noté
  4. avons noté
  5. avez noté
  6. ont noté
divers
  1. note!
  2. notez!
  3. notons!
  4. noté
  5. notant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Translation Matrix for noter:

NounRelated TranslationsOther Translations
boeken livres; romans
VerbRelated TranslationsOther Translations
boeken annoter; consigner; enregister; indexer; inscrire; noter; register consigner; coucher par écrit; imputation; mettre par écrit; mettre à l'écrit; validation
noteren annoter; consigner; déclarer; enregister; indexer; inscrire; noter; register consigner; coucher par écrit; mettre par écrit; mettre à l'écrit
opschrijven annoter; consigner; déclarer; enregister; indexer; inscrire; noter; register
optekenen annoter; consigner; enregister; indexer; inscrire; noter; register consigner; coucher par écrit; mettre par écrit; mettre à l'écrit
registreren annoter; consigner; enregister; indexer; inscrire; noter; register consigner; coucher par écrit; enregistrer; mettre par écrit; mettre à l'écrit; s'inscrire
vastleggen annoter; consigner; enregister; indexer; inscrire; noter; register aborder; accoster; amarrer; attacher; contracter; déposer de l'argent; effectuer des réservations; enchaîner; ficeler; fixer; lier; mettre; mettre à l'attache; signer; signer un contrat avec

Synonyms for "noter":


Wiktionary Translations for noter:

noter
verb
  1. marquer d’un trait dans un livre, dans un écrit.
noter
verb
  1. aantekeningen maken

Cross Translation:
FromToVia
noter noteren; opschrijven; neerpennen; nota nemen mark — take note of
noter constateren; opmerken note — to notice with care
noter aantekenen; noteren; opschrijven note — to record in writing

Related Translations for nota