Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Search: ongehoorzaamheid

Dutch and French Search Results for: ongehoorzaamheid

Summary

Dutch to French: more detail...

ongehoorzaamheid:
- désobéissance; indiscipline
ongehoorzaam:
- désobéissant; indiscipliné; récalcitrant
Wiktionary:
- ongehoorzaamheid → désobéissance
- ongehoorzaam → désobéissant, rebelle, rétif
- ongehoorzaam → désobéissant

Dutch

Detailed Translations for ongehoorzaamheid from Dutch to French

ongehoorzaamheid:

ongehoorzaamheid [de ~ (v)] nomen

de ongehoorzaamheid
la désobéissance; l'indiscipline
- désobéissance [la ~] nomen
- indiscipline [la ~] nomen

Translation Matrix for ongehoorzaamheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
désobéissance	ongehoorzaamheid
indiscipline	ongehoorzaamheid	ongedisciplineerdheid; tuchteloosheid

Related Words for "ongehoorzaamheid":

ongehoorzaamheden, ongehoorzaam

Wiktionary Translations for ongehoorzaamheid:

Cross Translation:

From	To	Via
• ongehoorzaamheid	→ désobéissance	↔ disobedience — refusal to obey

ongehoorzaamheid form of ongehoorzaam:

ongehoorzaam adj

ongehoorzaam (ongezeglijk)
désobéissant; indiscipliné; récalcitrant
- désobéissant adj
- indiscipliné adj
- récalcitrant adj

Translation Matrix for ongehoorzaam:

Noun	Related Translations	Other Translations
récalcitrant		weigeraar
Modifier	Related Translations	Other Translations
désobéissant	ongehoorzaam; ongezeglijk
indiscipliné	ongehoorzaam; ongezeglijk	bandeloos; losbandig; ongebonden; ongebreideld; ongedisciplineerd; tuchteloos; verwilderd; vrij; vrijgevochten
récalcitrant	ongehoorzaam; ongezeglijk	bokkig; dwars; eigenwijs; eigenzinnig; hardhoofdig; koppig; obstinaat; onbestuurbaar; onbuigzaam; onhandelbaar; onverzettelijk; onwillig; opstandig; rebellerend; recalcitrant; stijfhoofdig; stijfkoppig; stug; taai; tegendraads; weerbarstig; weerspannig

Related Words for "ongehoorzaam":

ongehoorzaamheid, ongehoorzame

Wiktionary Translations for ongehoorzaam:

ongehoorzaam

adjective

niet bereid gehoor te geven aan gestelde regels
- ongehoorzaam → désobéissant

ongehoorzaam

adjective

Qui désobéir.
- désobéissant → ongehoorzaam; ongezeglijk
Qui refuser obéissance à une autorité légitime.
- rebelle → oproerig; opstandig; rebels; weerspannig; ongehoorzaam; ongezeglijk
Qui s’arrête ou qui recule au lieu d’avancer
- rétif → ongehoorzaam; weerbarstig

Cross Translation:

From	To	Via
• ongehoorzaam	→ désobéissant	↔ disobedient — not obedient