Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Translate aliassen

Translate aliassen from Dutch to French

Summary

Dutch to French: more detail...

aliassen:
- pseudonymes; sobriquets
alias:
- appelé; surnommé; ainsi nommé; autrement nommé; alias
- pseudonyme; nom de plume; sobriquet; alias; alias de messagerie; raccourci
Wiktionary:
- alias → alias, autrement nommé
- alias → sobriquet, surnom, alias
- alias → alias, autrement dit

Dutch

Detailed Translations for aliassen from Dutch to French

aliassen:

aliassen [de ~] nomen, plural

de aliassen (pseudoniemen; schuilnamen)
le pseudonymes; le sobriquets
- pseudonymes [le ~] nomen
- sobriquets [le ~] nomen

Translation Matrix for aliassen:

Noun	Related Translations	Other Translations
pseudonymes	aliassen; pseudoniemen; schuilnamen
sobriquets	aliassen; pseudoniemen; schuilnamen

Related Words for "aliassen":

alias

alias:

alias adv

alias (zogenaamd; zogenoemde; zogeheten; bijgenaamd)
appelé; surnommé; ainsi nommé; autrement nommé; alias
- appelé adj
- surnommé adj
- ainsi nommé adj
- autrement nommé adj
- alias adj

alias [de ~ (m)] nomen

de alias (pseudoniem; schuilnaam)
le pseudonyme; le nom de plume; le sobriquet
- pseudonyme [le ~] nomen
- nom de plume [le ~] nomen
- sobriquet [le ~] nomen
de alias
alias; alias de messagerie
- alias
- alias de messagerie
de alias
alias
- alias
de alias (snelkoppeling)
le raccourci; alias
- raccourci [le ~] nomen
- alias

Translation Matrix for alias:

Noun	Related Translations	Other Translations
nom de plume	alias; pseudoniem; schuilnaam
pseudonyme	alias; pseudoniem; schuilnaam
raccourci	alias; snelkoppeling	binnenweg
sobriquet	alias; pseudoniem; schuilnaam	bijnaam; spotnaam; spottende naam
Not Specified	Related Translations	Other Translations
alias	alias; snelkoppeling
alias de messagerie	alias
Modifier	Related Translations	Other Translations
ainsi nommé	alias; bijgenaamd; zogeheten; zogenaamd; zogenoemde	wat men noemt
alias	alias; bijgenaamd; zogeheten; zogenaamd; zogenoemde	bij naam; bij zijn naam noemend; geheten; genaamd
appelé	alias; bijgenaamd; zogeheten; zogenaamd; zogenoemde	beroepen; bij naam; bij zijn naam noemend; geheten; genaamd; ingeroepen; opgebeld; toegeroepen
autrement nommé	alias; bijgenaamd; zogeheten; zogenaamd; zogenoemde
surnommé	alias; bijgenaamd; zogeheten; zogenaamd; zogenoemde	bij naam; bij zijn naam noemend; geheten; genaamd

Related Words for "alias":

aliassen

Wiktionary Translations for alias:

alias

adverb

anders gezegd, ook wel genaamd
- alias → alias; autrement nommé

noun

een bijnaam
- alias → sobriquet; surnom; alias

Cross Translation:

From	To	Via
• alias	→ alias; autrement dit	↔ AKA — also known as