Dutch

Detailed Translations for bal from Dutch to French

bal:

bal [de ~ (m)] nomen

  1. de bal (voetbal)
    – rond voorwerp voor spel en sport 1
    la balle; le ballon
  2. de bal (bol wol)
    la boule; le ballon; la pelote

bal [het ~] nomen

  1. het bal (dansfeest)
    le bal
    • bal [le ~] nomen
  2. het bal (galabal; gala)
    le bal; le gala; le grand bal officiel; le grand bal; le bal d'apparat

Translation Matrix for bal:

NounRelated TranslationsOther Translations
bal bal; dansfeest; gala; galabal gala; groot bal; hofbal; hoffeest
bal d'apparat bal; gala; galabal
balle bal; voetbal baal; balletje; kaf; kogel; kogeltje; pak; speelbal
ballon bal; bol wol; voetbal ballon; kogelflesje; luchtballon
boule bal; bol wol bobbel; bolvorm; bowlingbal; buil; bult; hobbel; knobbel; kogelvorm
gala bal; gala; galabal feestavond; gala; galavoorstelling; groot bal; hofbal; hoffeest
grand bal bal; gala; galabal
grand bal officiel bal; gala; galabal
pelote bal; bol wol kaatsspel; knot; knotje haar; streng garen

Related Words for "bal":


Synonyms for "bal":


Related Definitions for "bal":

  1. rond voorwerp voor spel en sport1
    • de kinderen speelden met een bal1
  2. wat bol en rond is1
    • wie wil er een bal gehakt?1
  3. lichaamsdeel vlakbij de penis van de man, waarin zaad gemaakt wordt1
    • hij kreeg een schop tegen zijn ballen1

Wiktionary Translations for bal:

bal
noun
  1. een object in de vorm van een bol dat gebruikt wordt bij balspelen
  2. een danspartij
bal
noun
  1. réunion, assemblée où l’on danser.
  2. Objet sphérique.
  3. grosse balle pour jouer
  4. corps rond en tous sens, généralement plein. — usage Se dit surtout des objets dont les dimensions leur permettent d’être tenus en main.
  5. anatomie|fr Face intérieure de la main, entre le poignet et les doigts.
  6. glande génitale

Cross Translation:
FromToVia
bal couille ball — testicle
bal bal ball — formal dance
bal couille bollock — (vulgar, slang) testicle
bal couille nut — slang: testicle

ballen:

ballen [de ~] nomen, plural

  1. de ballen (bollen)
    la boules; la sphères
  2. de ballen (testikels; kloten)
    le testicules

ballen verb (bal, balt, balde, balden, gebald)

  1. ballen (bal spelen)

Conjugations for ballen:

o.t.t.
  1. bal
  2. balt
  3. balt
  4. ballen
  5. ballen
  6. ballen
o.v.t.
  1. balde
  2. balde
  3. balde
  4. balden
  5. balden
  6. balden
v.t.t.
  1. heb gebald
  2. hebt gebald
  3. heeft gebald
  4. hebben gebald
  5. hebben gebald
  6. hebben gebald
v.v.t.
  1. had gebald
  2. had gebald
  3. had gebald
  4. hadden gebald
  5. hadden gebald
  6. hadden gebald
o.t.t.t.
  1. zal ballen
  2. zult ballen
  3. zal ballen
  4. zullen ballen
  5. zullen ballen
  6. zullen ballen
o.v.t.t.
  1. zou ballen
  2. zou ballen
  3. zou ballen
  4. zouden ballen
  5. zouden ballen
  6. zouden ballen
diversen
  1. bal!
  2. balt!
  3. gebald
  4. ballende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ballen:

NounRelated TranslationsOther Translations
boules ballen; bollen
sphères ballen; bollen
testicules ballen; kloten; testikels
VerbRelated TranslationsOther Translations
jouer au ballon bal spelen; ballen

Related Words for "ballen":


Wiktionary Translations for ballen:


Cross Translation:
FromToVia
ballen conneries ball — in plural - mildly vulgar slang - nonsense
ballen couilles balls — bravery
ballen serrer clench — to squeeze

Related Translations for bal