Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. charteren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for charteer from Dutch to French

charteren:

charteren verb (charteer, charteert, charteerde, charteerden, gecharteerd)

  1. charteren (huren)
    louer; retenir; prendre en location; prendre à bail
    • louer verb (loue, loues, louons, louez, )
    • retenir verb (retiens, retient, retenons, retenez, )
  2. charteren
    affrètement

Conjugations for charteren:

o.t.t.
  1. charteer
  2. charteert
  3. charteert
  4. charteren
  5. charteren
  6. charteren
o.v.t.
  1. charteerde
  2. charteerde
  3. charteerde
  4. charteerden
  5. charteerden
  6. charteerden
v.t.t.
  1. heb gecharteerd
  2. hebt gecharteerd
  3. heeft gecharteerd
  4. hebben gecharteerd
  5. hebben gecharteerd
  6. hebben gecharteerd
v.v.t.
  1. had gecharteerd
  2. had gecharteerd
  3. had gecharteerd
  4. hadden gecharteerd
  5. hadden gecharteerd
  6. hadden gecharteerd
o.t.t.t.
  1. zal charteren
  2. zult charteren
  3. zal charteren
  4. zullen charteren
  5. zullen charteren
  6. zullen charteren
o.v.t.t.
  1. zou charteren
  2. zou charteren
  3. zou charteren
  4. zouden charteren
  5. zouden charteren
  6. zouden charteren
en verder
  1. ben gecharteerd
  2. bent gecharteerd
  3. is gecharteerd
  4. zijn gecharteerd
  5. zijn gecharteerd
  6. zijn gecharteerd
diversen
  1. charteer!
  2. charteert!
  3. gecharteerd
  4. charterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for charteren:

NounRelated TranslationsOther Translations
affrètement charteren bevrachting; bevrachtingsovereenkomst; cargo; charter; lading; vracht
VerbRelated TranslationsOther Translations
louer charteren; huren afhuren; de hemel in prijzen; eerbied bewijzen; eren; hemelhoog prijzen; lofprijzen; ophemelen; pachten; verhuren; verpachten
prendre en location charteren; huren afhuren
prendre à bail charteren; huren pachten
retenir charteren; huren achterhouden; afhouden; aftrekken; bedaren; bedwingen; beet hebben; beheersen; beletten; bemantelen; beteugelen; blijven staan; dwarsbomen; dwarsliggen; ervanaf houden; geen afstand doen van; gevangen zetten; handhaven; houden; in bedwang houden; in de cel zetten; in mindering brengen; inhouden; interneren; intomen; isoleren; matigen; naar zich toe trekken; niet laten gaan; onderdrukken; onthouden; opnemen; opslaan; opsluiten; reserveren; stand houden; stilhouden; stilstaan; stoppen; tegenwerken; terughouden; vasthebben; vasthouden; vastzetten; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; verrekenen; versluieren; verstoppen; voorbehouden; weerhouden; wegstoppen

Related Words for "charteren":


Wiktionary Translations for charteren:

charteren
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens

External Machine Translations: