Dutch
Detailed Translations for erbij betrekken from Dutch to French
erbij betrekken:
-
erbij betrekken (verwikkelen)
-
erbij betrekken
impliquer dans; engager; mêler à-
impliquer dans verb
-
engager verb (engage, engages, engageons, engagez, engagent, engageais, engageait, engagions, engagiez, engageaient, engageai, engageas, engagea, engageâmes, engageâtes, engagèrent, engagerai, engageras, engagera, engagerons, engagerez, engageront)
-
mêler à verb
-
Conjugations for erbij betrekken:
o.t.t.
- betrek erbij
- betrekt erbij
- betrekt erbij
- betrekken erbij
- betrekken erbij
- betrekken erbij
o.v.t.
- betrok erbij
- betrok erbij
- betrok erbij
- betrokken erbij
- betrokken erbij
- betrokken erbij
v.t.t.
- heb erbij betrokken
- hebt erbij betrokken
- heeft erbij betrokken
- hebben erbij betrokken
- hebben erbij betrokken
- hebben erbij betrokken
v.v.t.
- had erbij betrokken
- had erbij betrokken
- had erbij betrokken
- hadden erbij betrokken
- hadden erbij betrokken
- hadden erbij betrokken
o.t.t.t.
- zal erbij betrekken
- zult erbij betrekken
- zal erbij betrekken
- zullen erbij betrekken
- zullen erbij betrekken
- zullen erbij betrekken
o.v.t.t.
- zou erbij betrekken
- zou erbij betrekken
- zou erbij betrekken
- zouden erbij betrekken
- zouden erbij betrekken
- zouden erbij betrekken
en verder
- ben erbij betrokken
- bent erbij betrokken
- is erbij betrokken
- zijn erbij betrokken
- zijn erbij betrokken
- zijn erbij betrokken
diversen
- betrek erbij!
- betrekt erbij!
- erbij betrokken
- erbij betrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for erbij betrekken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
compliquer | bemoeilijken; compliceren; hinderen; ingewikkeld maken; lastig maken; moeilijk maken; moeilijker maken; tegenwerken; verwikkelen; zwaarder maken | |
engager | erbij betrekken | aangaan; aangrijpen; aanknopen; aannemen; aanroepen; aantrekken; aanvaarden; aanvangen; aanwenden; aanwerven; accepteren; aftrappen; beginnen; benoemen; benutten; engageren; erbij halen; erbij roepen; gebruiken; in dienst nemen; in functie aanstellen; in ontvangst nemen; inhuren; inroepen; inviteren; mobiliseren; ondernemen; ontvangen; panden; rekruteren; ronselen; starten; toepassen; uitnodigen; van start gaan; werven |
impliquer dans | erbij betrekken | |
mêler à | erbij betrekken | |
Other | Related Translations | Other Translations |
compliquer | erbij betrekken; verwikkelen |