Dutch
Detailed Translations for erdoor rijden from Dutch to French
erdoor rijden:
-
erdoor rijden
passer par-
passer par verb
-
Conjugations for erdoor rijden:
o.t.t.
- rijd erdoor
- rijdt erdoor
- rijdt erdoor
- rijden erdoor
- rijden erdoor
- rijden erdoor
o.v.t.
- reed erdoor
- reed erdoor
- reed erdoor
- reden erdoor
- reden erdoor
- reden erdoor
v.t.t.
- ben erdoor gereden
- bent erdoor gereden
- is erdoor gereden
- zijn erdoor gereden
- zijn erdoor gereden
- zijn erdoor gereden
v.v.t.
- was erdoor gereden
- was erdoor gereden
- was erdoor gereden
- waren erdoor gereden
- waren erdoor gereden
- waren erdoor gereden
o.t.t.t.
- zal erdoor rijden
- zult erdoor rijden
- zal erdoor rijden
- zullen erdoor rijden
- zullen erdoor rijden
- zullen erdoor rijden
o.v.t.t.
- zou erdoor rijden
- zou erdoor rijden
- zou erdoor rijden
- zouden erdoor rijden
- zouden erdoor rijden
- zouden erdoor rijden
diversen
- rijd erdoor!
- rijdt erdoor!
- erdoor gereden
- erdoor rijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for erdoor rijden:
Verb | Related Translations | Other Translations |
passer par | erdoor rijden | belopen; betreden; bewandelen; doorkomen; te voet afleggen |